Projectonderwijs
PROJECT SCHIPHOLLIJN
Inleiding
Al sinds jaren voldeed het praktisch werk in de
tweede helft van het vierde studiejaar niet meer aan
de verwachtingen, doordat het aantal goede adres
sen dat beschikbaar is te gering is.
Als alternatief is toen projectonderwijs voorgesteld.
In 1970 en 1971 is er een proef gehouden met een
projectgroep. Het project mocht drie maanden in
beslag nemen, waarna men nog twee maanden
praktisch werken moest. De projectgroep van 1970
heeft de problematiek ten aanzien van de Flevopol-
der bestudeerd, die van 1971 de problemen rond een
eventuele Schiphollijn.
Het doel van een project kan zijn: het leren werken
in groepsverband aan de hand van de bestudering
van een onderwerp.
Dit artikel wil nu een beschrijving geven van de er
varingen voornamelijk met betrekking tot het wer
ken in groepsverband, die de Projectgroep Schiphol
lijn 1971 heeft opgedaan.
Een commentaar van ir. L. P. Roelfzema en ir. A. H.
Kalt op de bestudeerde onderwerpen kunt u in aan
sluiting op dit artikel vinden.
Hier worden achtereenvolgens beschreven de voort
gang van het project, dus zijn ontwikkeling in chro
nologische volgorde, de werkwijze tijdens het pro
ject, de groepsdynamische processen, de begelei
ding, de betekenis van projectonderwijs voor de
studie en de bestudeerde onderwerpen. Het eind
rapport van de Projectgroep-Schiphollijn heeft als
basis gediend voor deze beschrijving.
Aan het project hebben dertien studenten en drie
stafleden deelgenomen. Het project heeft ongeveer
drie maanden geduurd, van februari tot mei 1971.
Chronologisch overzicht van het project
Dit deel geeft een overzicht van de verschillende
fasen waarin het project heeft verkeerd. In totaal
zijn vijf fasen te onderscheiden:
- de voorbereidingsperiode
- een informatieperiode
- een studiefase
- een uitvoeringsfase
- de slotperiode.
De voorbereidingsperiode
Het begin van deze periode kan gekenmerkt worden
door het besluit van de onderafdeling om in 1971
een projectgroep werkzaam te doen zijn. De duur
van het project werd op drie maanden gesteld. In
de eerste vergadering werden door de projectdeel
nemers een aantal doelstellingen geformuleerd die
van belang werden geacht. Hierna werden criteria
voor de onderwerpskeuze bepaald.
Tijdens een vergadering met de staf zijn zestien
mogelijke onderwerpen naar voren gebracht. Na
informatie over deze onderwerpen en afweging aan
de criteria bleven tenslotte vier onderwerpen over.
Uiteindelijk is de keuze op de Schiphollijn gevallen.
Na de onderwerpskeuze werd bepaald wie van de
staf zou deelnemen.
Ter afsluiting van deze periode werd in Nunspeet
een startconferentie van twee dagen met alle pro
jectdeelnemers gehouden.
Men dacht hiermee het volgende te bereiken:
- een intensieve start
- bevordering van de groepsintimiteit
- planning van het project
- leren kennen van groepsdynamische aspekten
(samenwerkingsaspekten, discussietechniek, etc.).
De informatieperiode
Doel van deze periode was om door middel van
interviews snel uitgebreide informatie te verkrijgen
over de achtergronden van „de Schiphollijn".
Er werd een globale opsplitsing gemaakt in drie
groepen te interviewen personen, respectievelijk
werkzaam bij
- rijks- en provinciale instellingen
- semi-overheidsinstellingen
- de gemeenten
Deze interviews bleken een goede start van het
project te zijn. In vrij korte tijd kon veel gerichte en
actuele informatie bijeen gehaald worden. De mede
werking van de te interviewen personen was zeer
groot. Tijdens de interviews bleek duidelijk dat de
problematiek rond de Schiphollijn samenhangt met
een veel uitgebreidere problematiek, namelijk die
van het gehele openbare vervoer. Besloten werd ook
hier aandacht aan te besteden.
30
ngt 72