niet voorzien van hoogtegegevens. De meetkundige
grondslag voor deze kaarten bestaat tegenwoordig
bijna altijd uit een verdichting van het puntennet
van de Rijksdriehoeksmeting (zie 2.2) c.q. het net
van peilmerken van het N.A.P. (zie 2.3). De nauw
keurigheid van deze uitgangspunten speelt wegens
de grotere schaal van de detailkarteringen een be
langrijker rol dan het geval is voor de algemene
karteringen behandeld in 3.
De in deze paragraaf te behandelen karteringen
onderscheiden zich van de algemene karteringen
uit§ 3 door:
1. een grotere schaal
2. een grotere gebondenheid met betrekking tot een
bepaald doel.
Punt 1 spreekt voor zichzelf. Ter toelichting van
punt 2 het volgende.
De algemene kaarten 3) zullen worden gebruikt
om „de weg te vinden" (c.q. te navigeren), voor
planologische doeleinden, voor het inwerken van
thematische gegevens en voor vele andere doel
einden. Het doel van de nu te behandelen detail
karteringen is veel nauwkeuriger te omschrijven.
Zo dient de kadastrale kaart als beschrijving van
de eigendomstoestand van de grond en als basis
voor de berekening van de grondbelasting; een be-
heerkaart bevat een verzameling van gegevens nodig
voor het beheer van een bepaald object (kanaal,
spoorweg, emplacement, weg, fabriekscomplex).
Zowel door de grotere schaal als vanwege het doel
zijn de detailkarteringen meer gedetailleerd dan de
algemene karteringen.
De voornaamste voorbeelden van detailkarteringen
zijn:
- kadastrale kaarten
- grondkaarten
- beheerkaarten
- luchtfoto's.
4.1 De kadastrale kaart
Deze kaarten worden getekend op schaal 15.000,
12.500, 12.000, 11.250, of 11.000, in uitzonde
ringsgevallen 1:500. De doelstelling is de beschrij
ving van de eigendomstoestand van de grond en
het geven van een basis voor berekening van de
grondbelasting.
De kaartinhoud is beperkt tot eigendomsgrenzen,
bebouwing, met daarbij zeer weinig topografie
(scheiding land-water, onderscheiding van wegen
door kleur etc.).
Het gebied van de kartering omvat geheel Neder
land, waarmee de kadastrale kaart de enige detail-
kartering is die het gehele land beschrijft. De in
deling van de kaarten is sectie- of gemeentegewijs;
het zijn zgn. eilandenkaarten.
De vervaardiging geschiedt meestal terrestrisch,
veelal door bijwerken van oude kaarten, niet altijd
in het systeem van de Rijksdriehoeksmeting.
Soms, bij hermeting, geschiedt de kartering foto-
grammetrisch.
De kadastrale kaarten worden vervaardigd en bij
gehouden door de Landmeetkundige Dienst van
het Kadaster (Min. van Financiën).
4.2 Grondkaarten
Deze kaarten worden meestal getekend op schaal
12.000 of 11.000. Het doel is een beschrijving te
geven van het terrein ten behoeve van het ontwerpen
van nieuwe werken zoals wegenbouw, stadsuitbrei
ding, ruilverkaveling en dergelijke.
De kaartinhoud is zo volledig mogelijk en geeft
meestal de topografie van het betreffende terrein,
soms zowel in situatie als in hoogte. Vaak wordt de
hoogte-informatie apart verstrekt (profielen). Het
gebied is altijd beperkt tot het gebied dat voor het
ontwerpen van het werk noodzakelijk is. De indeling
is verschillend, soms in de vorm van aansluitende
strookkaarten (wegen), soms ook in de vorm van
raamkaarten (stadsuitbreidingen).
De methode van vervaardiging is vaak fotogram-
metrisch (grote stadsuitbreidingen, wegenaanleg,
ruilverkaveling) soms ook terrestrisch (kleine ge
meenten). Bijna altijd zijn de kaarten gebaseerd op
het systeem van de Rijksdriehoeksmeting. Als pro
ducenten treden op de landmeetkundige diensten
van de Rijks- en provinciale waterstaat, de Ruil-
verkavelingsdienst, de Rijksdienst voor de Ussel-
meerpolders, de Nederlandse Spoorwegen, Ge
meenten, Waterschappen, Cultuurmaatschappijen,
Ingenieursbureaus en Luchtkarteringsbedrijven.
In deze categorie treffen we dus voor het eerst naast
Rijksdiensten ook diensten van Provinciale en Ge-
112
ngt 72