Ingekomen Bericht an 0 èn 0 èn ENKELE OPMERKINGEN OVER HET ARTIKEL „VOORWAARDEN, OPLOSSINGEN EN WAARDE- FUNCTIES" Graag zou ik enkele opmerkingen maken over het artikel „Voorwaarden, oplossingen en waardefuncties" van Ir. R. van der Schans in het NGT van januari 1973. In de eerste plaats vind ik het een hele eer dat de schrijver een uitlating van mij als motto heeft gebruikt; blijkens de slotzin is hij het er mee eens, wat me gelukkig stemt (je kunt ook wel een motto aanhalen om het af te kraken). Iets minder gelukkig ben ik met het mengsel van informele en formele beschou wingen waarbij de schrijver een, naar eigen zeggen, aan alle kanten rammelende redenering (blz. 4) gebruikt om een materie te behandelen die vrijwel alle lezers van dit tijdschrift zeer zorgvuldig met de paplepel toegediend hebben ge kregen. Maar dat zal wel een kwestie van smaak zijn. Naar aanleiding van de interessante grafische voorstelling van waardefuncties wil ik graag opmerken dat het inderdaad bijzonder nuttig is een voorstellingswijze te kiezen die geen grotere scherpte suggereert dan het probleem toelaat, en dat het vaak voorkomt dat een functie in de buurt van een extreem erg „vlak" is. Een ingenieur zal dat trouwens op een „hoogtelijnenkaartje" ook gauw doorhebben. Een opmerking die bij mij bijzonder provocerend overkwam staat op blz. 4, nl. dat een kwadratische vorm een absoluut minimum of maximum heeft als de determinant van de coëfiïciëntenmatrix maar positief is. Neem bijvoorbeeld de determinant -3 2 -1 2 1 -1 -1 -1 -3 De waarde is +27. Maar een kwadratische vorm met deze coëfficiënten kun je zo groot en zo klein maken als je wilt, zoals gemakkelijk is na te gaan. De eis is niet dat de deter minant positief is, maar dat de matrix positief (semi-) definiet is, c.q. negatief (semi-) definiet. Positief definiet bijvoorbeeld is de matrix dan en slechts dan als: a12 a.>2 a13 a23 a33 0 Gemakkelijk gaat men na dat alle hoofddiagonaalelementen positief moeten zijn: is er één negatief, bijv. a22, dan kan men in de kwadratische vorm F van de heer Van der Schans A.v, en \x3 nul stellen en vervolgens F zo klein maken als men wil door A;r2 groot genoeg te kiezen. De schrijver legt zelf op blz. 5 het verband met een variantiematrix, waarvan bekend is dat hij (semi-) positief definiet moet zijn. Het zal dus wel een slip of the pen zijn, maar het leek mij goed die te signaleren. Ir. J. E. Alberda NEDERLANDSE VERENIGING VOOR FOTOGRAMMETRIE Op 13 april wordt te Amersfoort een bijeenkomst belegd in Monopole te 14.15 uur, waar de heren Corten en Hempius zullen spreken over de resultaten van het werk in de Com missies I en VII van de I.S.P., naar aanleiding van het Con gres in 1972 te Ottawa. OPRICHTING VAN EEN WERKGROEP COÖRDINATIE WETGEVING ONROEREND GOED Het Instituut voor Bouwrecht en het Nederlands Instituut voor Ruimtelijke Ordening en Volkshuisvesting hebben een breed samengestelde Werkgroep in het leven geroepen ter bestudering van de problematiek van de coördinatie van de wetgeving op het gebied van de ruimtelijke ordening, de in richting en het beheer van onroerend goed. De bestudering van deze problematiek zal mogelijk nadere richtlijnen kunnen opleveren voor de verdere opbouw van de administratieve wetgeving betreffende onroerend goed. De Werkgroep heeft geen formele taakopdracht van de instel lende instituten meegekregen en zal zelf komen tot een nadere afbakening van haar werkzaamheden. Gestreefd zal worden naar een afronding na circa één jaar, waarna de hoofdlijnen van de conclusies zullen worden neergelegd in een rapport. De samenstelling van de Werkgroep is als volgt: Prof. Mr. P. de Haan - Hoogleraar in het burgerlijk en agra risch recht aan de Technische Hogeschool te Delft, Voor zitter van het Instituut voor Bouwrecht en van de Ver eniging voor Bouwrecht. Voorzitter. Mr. G. J. Balkenstein - Hoofd van de Hoofdafdeling Water staatsrecht van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat. Mr. H. W. Bloemers - Voorzitter van de Vereniging tot Behoud van Natuurmonumenten in Nederland en Voor zitter van de Stichting Natuur en Milieu. Plaatsvervanger tot 1 juni 1973: Mr. H. P. Gorter, Directeur/secretaris van de Vereniging tot Behoud van Natuurmonumenten in Nederland. Mr. W. Brussaard - Plv. Hoofd van de Afdeling Bestuurs aangelegenheden van de Rijksplanologische Dienst. Mr. G. J. van Dinter - Directeur Juridische en Bedrijfsorgani satorische Zaken van het Ministerie van Landbouw en Visserij, tevens plv. secretaris-generaal van dit departement. Mr. N. Dijkhuis - Algemeen Secretaris van de Nederlandse Vereniging van Wegenbouwers, mede aangewezen door het Algemeen Verbond Bouwbedrijf A.V.B.B. Drs. D. H. Franssens - Secretaris van de Commissie Plano logie van het Landbouwschap. C. Harinck - Griffier der Provinciale Staten van Noord- Holland, aangewezen als vertegenwoordiger van de zijde der provincies. Mr. Ir. J. L. G. Henssen - Hoofdingenieur bij de Directie van het Kadaster en de Openbare Registers van het Ministerie van Financiën. Mr. W. A. Panis - Hoofdadministrateur Centrale Directie Wetgeving en Juridische Zaken van het Ministerie van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk. Mr. B. Plomp - Secretaris-rentmeester van het Hoogheem raadschap van Rijnland, aangewezen door de Unie van Waterschappen. Dr. S. O. van Poelje - Directeur van het Instituut voor Bestuurswetenschappen. Mr. C. H. F. Polak - Oud-minister van Justitie. Prof. Mr. J. M. Polak - Hoogleraar in de rechts- en staats wetenschappen der westerse gebieden aan de Landbouw hogeschool te Wageningen. Mr. R. B. J. Pors - Staffunctionaris van het Instituut voor Bouwrecht. Adjunct-secretaris. ngt 73 83

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Nederlands Geodetisch Tijdschrift (NGT) | 1973 | | pagina 23