4. Hogere meetnauwkeurigheid dan met de kon-
ventionele instrumenten.
5. Optimaal eenvoudig in de bediening.
6. Universeelheid in het gebruik.
7. De kostenfaktor zo laag mogelijk.
De meetopstelling
Een normaal Wild statief wordt met een theodoliet-
stelschroevenblok opgesteld en gecentreerd (al of
niet optisch). In het stelschroevenblok wordt het
meetgedeelte geplaatst dat om de le as draaibaar of
arrêteerbaar is. Op dit meetgedeelte plaatst men
de normale Wild theodoliet T16, Tl A of T2, echter
zonder stelschroevenblok.
De infrarood richtkop, met objektiefdiameter van
35 mm, wordt op de kijker geplaatst en vastgezet
met dwangcentrering. Twee korte buigzame kabels
aan de richtkop worden met een schroefbeweging
aan de meetkast verbonden. De accu wordt aan het
statief gehangen en een kabel vormt de verbinding
tussen accu en meetkast. De theodoliet wordt inge
speeld en gekontroleerd op zijn optische centrering.
De meting
De kijker wordt ingericht op de zich in het veld be
vindende prismareflektor. De galvanometer moet
maximaal signaal aanwijzen. Zo niet, dan is m.b.v.
twee inbusschroeven de justering van vizierlijn en
infraroodstraal zeer snel gedaan. Een druk op de
startschakelaar en de meting verloopt gedurende
10 sec. Bij straalonderbreking duurt de meting zo
veel langer als de straalonderbreking heeft geduurd.
Geen invloed op het meetresultaat.
Na de meting verschijnt de schuin gemeten afstand
in verlichte digitale vorm (GaAs Dioden). Door be
diening van de clear-schakelaar, wordt de schuine
afstand in de computer gevoerd. Het afleesbeeld is
nu vrij.
Gedurende de 10 sec meettijd leest men devertikale
rand af en brengt deze waarde m.b.v. vijf stuks
cijferschakelaars in het afleesbeeld. Korrekties zijn
mogelijk. Een handeling met een drie-weg-schake-
laar produceert direkt de gereduceerde afstand. Een
tweede handeling met deze schakelaar geeft het
hoogteverschil.
Extra's
Ingebouwde konstanten voor atmosferische korrek
ties of projektiekorrekties. Omschakelbaar van 360
naar 400 gr. en van meters naar Engelse voeten.
Nauwkeurigheden
Inwendige nauwkeurigheid ±3 mm.
Standaardafwijking, onafhankelijk van de afstand
tot 1 km +5 mm.
Meetbereiken
met één enkelvoudige prismareflektor
300- 450 m (afhankelijk van atmosfeer)
met één drievoudige prismareflektor
500- 650 m (afhankelijk van atmosfeer)
met één negenvoudige prismareflektor
800-1000 m (afhankelijk van atmosfeer)
Accu
De capaciteit van de accu is toereikend voor ca. 500
metingen.
ngt 73
De Dl 3
181