het agrarische belang als de massale recreatie in
acht genomen zouden worden. Het eindrapport van
de Stichting verschijnt in 1968 (incl. acht deelrappor
ten). In dit rapport wordt gepleit voor bijzondere
maatregelen, omdat anders „de coördinatie en
communicatieproblemen, die verbonden zijn aan
het tot samenwerken brengen van een groot aantal
diensten en instanties met soms tegengestelde be
langen, zonder dat hierbij van een wettelijk of alge
meen aanvaarde procedure gebruik kan worden ge
maakt, bijzonder moeilijk zijn". De behoefte aan
een „lex specialis" is dus ook door de regio zelf
onderkend. Het rapport stelt dat - ook internatio
naal gezien - de krachten die de groei, vooral van
werkgebieden bepalen, in het merendeel der geval
len zo sterk blijken, dat het nauwelijks mogelijk
blijkt enig merkbaar resultaat te bereiken op lokaal
of regionaal niveau, maar alleen door een zeer grote
inspanning van de nationale regeringen.
1969
Dit alles heeft geleid tot de instelling van een inter
departementale werkgroep Bufferstroken, die in
1969 aan de betrokken Ministers een voorontwerp
van wet en bijbehorende toelichting heeft aange
boden. Deze werkgroep heeft zich laten bijstaan door
twee subgroepen, waarin de Kadastrale Ruilver-
kavelingsdienst was vertegenwoordigd nl. in de ju
ridische subgroep door ir. W. J. J. van Lent en in de
technische subgroep door ir. P. Heij. Ten aanzien
van het programma voor de inrichting van het ge
bied heeft de werkgroep zich aangesloten bij het
rapport van de Stichting Onderzoek Midden-Delf
land. Globaal genomen komt het erop neer dat een
oppervlakte van 1900 ha in het oosten van het
gebied voor de recreatie zal worden ingericht, ter
wijl in de rest 4100 ha) de nadruk meer zal liggen
op de inrichting voor optimaal agrarisch gebruik.
1970
Het vervolg hiervan is geweest dat overeenkomstig
art. 5 van de Onteigeningswet een kaart met bijbe
horende toelichting van 6 tot 31 juli 1970 ter inzage
heeft gelegen, als eerste fase van de zg. nutswetpro-
cedure voor onteigening ten algemene nutte. Hier
kom ik nog nader op terug.
1972-1973
Het wetsontwerp is vervolgens met de ingediende
bezwaren op 3 maart 1972 aan de Tweede Kamer
der Staten-Generaal aangeboden. Het Voorlopig
Verslag van de bijzondere commissie belast met het
onderzoek van dit wetsontwerp is op 10 oktober
1973 verschenen.
1974
Tenslotte heeft de Minister van Landbouw op 29
januari jl. bij zijn eerste optreden in de Tweede
Kamer aangekondigd dat de Memorie van Ant
woord binnen enkele maanden kan worden tege
moet gezien. Al met al wordt de indruk gevestigd
dat met het veiligstellen van de bufferzones - en dan
met name die in Midden-Delfland - van enige haast
nauwelijks sprake is. In 1964 werd het grote belang
reeds erkend; in 1974 zijn wij nog in afwachting van
de dingen die komen.
Volledigheidshalve moet nog worden genoemd dat
de bufferzone „Spaarnwoude" inde buurt van Haar
lem wel volop in uitvoering is.
2. De opzet en inhoud van de Wet
Opzet
De Reconstructiewet „Midden-Delfland" heeft ele
menten in zich uit een drietal andere wetten nl.:
- de Onteigeningswet,
- de Ruilverkavelingswet 1954 en
- de Herverkavelingswet (Walcheren en Noodgebie-
den).
Uit de Onteigeningswet (Titel I) is overgenomen de
zg. nutswetprocedure, zij het dat deze enigszins is
gewijzigd.
Uit de Ruilverkavelingswet is overgenomen een
groot aantal bepalingen - al of niet gewijzigd -
m.b.t. de administratieve procedure en de uitvoering
van de werken.
Uit de Herverkavelingswet is o.a. overgenomen een
aantal bepalingen m.b.t. de preventieve controle op
de overdracht van zakelijke rechten en het aangaan
van pachtovereenkomsten, alsmede de bepalingen
omtrent de verdeling van de kosten.
Daarnaast zijn er uiteraard ook nieuwe elementen
in dit wetsontwerp aanwezig, o.a. in de bepalingen
over:
M.v.T. Memorie van Toelichting
N.L.F. Nederlandse Landmeetkundige Federatie (opge
heven in 1970, doelstelling grotendeels overgeno
men door de Nederlandse Vereniging voor Geode
sie)
ngt 74
P.C. Plaatselijke Commissie, als bedoeld in artikel 51
van de Rvk.wet 1954
Rec.cie Reconstructie-commissie Midden-Delfland
Rvk.wet Ruilverkavelingswet 1954
Ree.wet Reconstructiewet Midden-Delfland
121