nemingslijdstip die waarde aannemen, welke men tijdens de eerste waarnemingen buiten verwacht, nauwkeurig tot op 1°C a 2°C. Daarmee wordt bereikt, dat de afbeelding in de camera's scherp is bij het begin van de waarnemingen. Eventuele kleine temperatuursveranderingen in de loop van de avond of nacht kunnen dan aan de camera's (scherpstelling) worden bijgeregeldtevens wordt de kans op slechte „seeing" kleiner, omdat het verschil tussen de tem peratuur in de koepelruimte en de buitentempera tuur zo klein mogelijk wordt gehouden. De relatieve vochtigheid in de koepelruimte moet ca. 40% of minder bedragen, althans bij gesloten koepel. De montering van de camera's is onafhankelijk van het gebouw gefundeerd i.v.m. ongewenste trillingen door belopen enz. De montering is zodanig ge plaatst dat het snijpunt van de draaiingsassen ca. 9 m hoger ligt dan het maaiveld binnen 50 a 100 m afstand. Om de camera's voor diverse werkzaam heden en bij uiteenlopende instellingen rondom goed te kunnen bereiken is een op mechanische wijze in hoogte instelbaar platform nodig. De ruimte voor de elektronische bedieningappara- tuur bevat alle noodzakelijke elektronische appa ratuur voor tijdontvangst, tijdregistratie, bediening en sturing van de camera's. De donkere kamers zijn zonder de koepelruimte gesitueerd i.v.m. het aanbrengen van een cassetten- lift die nodig is voor het transport van de zware platen-cassetten. Met de camera TA 120 worden de opnamen op film gemaakt. Het werken met film heeft een aantal, vooral economische, voordelen. In de K-50 camera wordt met platen gewerkt. Het werken met (zeer speciale) glasplaten heeft voordelen als het gaat om de hoogst haalbare nauwkeurigheid. De dubbelmontering biedt gelegenheid om tegelijk met beide camera's opnamen van eenzelfde object te maken. Dit is van belang om de gedragingen van film en platen meer diepgaand te bestuderen. De fotografische behandeling („processing") van platen enerzijds en film anderzijds vereist zo ken merkend verschillende apparatuur en voorzie ningen dat twee donkere kamers (doka's) één voor platen en één voor film nodig zijn. In de platendoka is plaats voor een ontwikkelautomaat waarin een pakket van 10 platen (8" x 10" x0.25") tegelijk kan worden behandeld. De „processing" zowel als het drogen zullen met uiterste zorg moeten gebeuren; hiervoor is o.a. een droogkast nodig. Het bewaren van niet belichte film en platen dient i.v.m. hun grote gevoeligheid in een koelkast te geschieden. In de filmdoka is plaats voor tanks voor de film „processing" en voor een droogtrommelook kan er een vergrotingsapparaat worden geplaatst. Beide doka's zijn voorzien van een natte werktafel met chemicaliënberging, een spoelbak en een droge werktafel met berging. Tevens zal in beide ruimten de temperatuur constant moeten zijn 1°C. In de comparatorruimte is de monocomparator op gesteld. Met dit apparaat moeten coördinaten op de fotografische platen worden bepaald met een standaardafwijking van 1 a 2 microns. Dit betekent dat lang vóór en tijdens de metingen de ruimte tochtvrij en temperatuurgestabiliseerd moet zijn. Dit laatste op kamertemperatuur ±-j°C. De rela tieve vochtigheid moet zijn 50 +5%. Deze ruimte is op een rustige plaats gelegen, om zeer geconcen treerd werken mogelijk te maken. Mechanische trillingen moeten worden vermeden. In de Oostvleugel is verder nog een technische ruimte gepland, voor o.a. conditioneringsappara- tuur. Tenslotte kan worden vermeld, dat de koepel- wanden geheel met geplastificeerd staalplaat zijn bekleed; de ruimte tussen deze beplating en de muren zal worden geventileerd, zodat iedere onge- Cameraopstelling 160 ngt 74

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Nederlands Geodetisch Tijdschrift (NGT) | 1974 | | pagina 20