gegevens van vastgoed te behoeve van de rechts
zekerheid, het beheer en de land- en stadsinrichting.
Vervolgens korte inleidingen over enkele begrippen
uit de informatica, zoals informatiesystemen, rand
apparatuur, bestandsorganisatie en het begrip data
bank. Daarna wordt ingegaan op de verkrijging en
verwerking van landmeetkundige gegevens van
vastgoed, digitale kaartering en de kaart als ge
heugen, verwerking van administratieve gegevens
en de koppeling van administratieve en landmeet
kundige gegevens. Tenslotte wordt een kort over
zicht gegeven van de bestaande situatie in Neder
land.
Bij het vak „recht" zullen, na een algemene inleiding
tot het publiek- en privaatrecht, met name belang
rijke aspecten uit het algemene vermogensrecht en
het bewijs- en procesrecht worden behandeld. Dit
laatste betekent een verzwaring van het juridisch
onderwijs aan eerstejaars. Op deze wijze kan een
grondslag worden gelegd voor een behandeling van
het grondgebruikrecht in de volgende jaren.
Het vak „geologie" is voorlopig niet opgenomen in
het eerste jaar. Er zal nader worden bekeken of en
waar dit vak in de latere studie moet terugkeren
i.v.m. het vak „bodemkunde" en aanrakings-
gebieden met de geofysica in de leerstof vanaf het
derde cursusjaar.
Na het eerste jaar zal een zomerkamp van 3 weken
worden gehouden waarin, evenals bij het project,
vooral aandacht zal worden besteed aan organisatie,
planning en doelstelling van een meting. Bovendien
wordt ervaring opgedaan met praktische metingen.
5 Vooropleiding en aantallen studenten
Gezien de sterke maatschappelijke oriëntatie van de
studie heeft de onderafdeling gemeend dat als voor
opleiding voldoende is het V.W.O. met wiskunde I
als keuzevak. Over de noodzakelijkheid van natuur
kunde is nog overleg gaande. Uit de enquête ge
houden op de voorlichtingsdagen in 1973 is ge
bleken dat de meeste studenten toch wiskunde II als
keuzevak hadden. Het is echter lang niet zeker dat
deze voorkeur voor wiskunde II in de volgende
jaren zal blijven bestaan.
Verwacht wordt dat er gemiddeld 25 studenten per
jaar aankomen met een maximum van 35. Voor
HTS-studenten is geen aparte regeling getroffen
gezien het geringe aantal. In individuele gevallen
kan een regeling getroffen worden.
6 Examen- en overgangsregeling
De onderafdeling zal in overleg met de Onderwijs
kundige Dienst en andere organen van de T.H.
nagaan welke toetsingsmethoden het meest geschikt
zijn en welke handelwijze zal moeten worden gevolgd
bij duidelijk onvoldoende resultaten.
Gezien het aantal studenten bij de onderafdeling
geodesie mag verwacht worden dat de overgangs
regeling weinig moeilijkheden zal opleveren. Deze
regeling zal in de komende tijd worden vastgesteld.
Gedacht is aan een tijdslimiet waarbinnen de stu
denten nog de gelegenheid krijgen om volgens de
oude regeling hun examens af te leggen. In afwach
ting van de ontwikkelingen met betrekking tot een
algemene herstructurering blijft de bestaande
fasering van de studie door Px, Pl5 K2, K2 en I-
examen gehandhaafd.
172
Bijlage:
RAPPORT VAN DE SUBGROEP
DIENSTVERLENING (maart 1972)
1 Inleiding
De subgroep is samengesteld als volgt: ir. J. E. Alberda
(rapporteur), W. Flach, prof. mr. P. de Haan, prof. dr. ir.
A. Maris, prof. ir. A. J. van der Weele en prof. ir. G. F.
Witt. De subgroep heeft tweemaal vergaderd, resp. op 13
december 1971 en 15 februari 1972. In de vergadering van
de Onderwijskommissie van 25 januari 1972 werd een interim
rapport uitgebracht, met als bijlagen een voorstel voor taak-
interpretatie en de eerste versie van een „Schema dienst
verlening". Aan het voorstel voor taakinterpretatie wordt
het volgende ontleend:
- Globale afbakening van de verzameling maatschappelijke
functies die „des geodeten" zijn en waarmee in de opleiding
rekening moet worden gehouden.
- Aanduiding, welke functies als „specialistisch" beschouwd
moet worden.
- Naast deze kwalitatieve beschrijving, zo mogelijk een
kwantitatieve schatting van de behoefte aan geodeten voor
deze functies in Nederland.
- Consequenties voor het studieprogramma; hoofdlijnen van
de verdeling van de vakken, resp. de inhoud der vakken,
over basisstudie en gedifferentieerde eindstudie.
2 Gevolgde opzet
In overeenstemming met boven aangehaalde taakinterpretatie
heeft de subgroep het totale gebied waarop de geodeet (als
geodeet) de maatschappij diensten verleent, in eerste instantie
ngt 74