Rapport van de Commissie Grootschalige Basiskaart
Hoofdstuk 1 INLEIDING
De schalen van de topografische kaarten, die als
algemeen kaartwerk van geheel Nederland door de
Topografische Dienst worden vervaardigd en gepu
bliceerd, lopen uiteen van 1:500.000 tot 1:10.000.
Hoewel bij de oorspronkelijke opzet de kaarten een
militaire bestemming hadden (vanaf 1842 op de
schaal 1:50.000, vanaf 1864 ook op de schaal
125.000), zijn deze kaarten reeds in 1887 voor ander
gebruik beschikbaar gesteld. De kaarten op de
grootste schalen in deze serie (1:25.000 en sinds
1951 ook 110.000) worden tegenwoordig zelfs uit
sluitend voor niet-militair gebruik vervaardigd.
Door hun volledigheid en betrouwbaarheid wordt
hiermede in een belangrijke behoefte voorzien,
maar voor veel technische werkzaamheden is de
schaal te klein. Door vergroting van de kaarten
kan de nauwkeurigheid niet worden aangepast aan
hetgeen voor de gewenste schaal wordt vereist.
Naast de kleinschalige topografische kaarten is het
enige grootschalige kaartwerk, dat Nederland vol
ledig bedekt en wordt bijgehouden, de kadastrale
kaart. Dit is een kaart (de schalen variëren van
15.000 tot 1500) die opgezet is als grafisch hulp
middel bij de administratie van de grondbelasting
en de registratie van zakelijke rechten op onroerend
goed. Slechts de kaarten van hermeten gedeelten
van het land zouden als grondslag kunnen dienen
voor de uitvoering van technische werken. Maar
het als eilandenkaart uitgevoerde kadastrale plan is
hiervoor minder geschikt. Daar komt nog bij dat
veel topografische gegevens, die onmisbaar zijn bij
technisch gebruik, ontbreken.
Zowel bestuurlijke en technische diensten op rijks-,
provinciaal- en gemeentelijk niveau, als semi-over-
heidsbedrijven in de sectoren van gas-, water-,
elektriciteit-, telefoon- en transportvoorzieningen,
waterschappen, architecten- en ingenieursbureaus,
bouwbedrijven, enz., werden in de loop van deze
eeuw en in toenemende mate na de tweede wereld
oorlog door het steeds intensievere grondgebruik
genoodzaakt om zorgvuldiger, nauwkeuriger en
meer gecoördineerd te werken. Het ontbreken van
een grootschalige topografische kaart van het ge
hele land werkte hierbij belemmerend in technisch
en organisatorisch opzicht en leidde tot geld- en
tijdverspilling.
Prof. dr. ir. C. Koeman heeft in het tijdschrift
„Intermediair" van 15 december 1972 uitvoerig de
ontwikkeling op het gebied van de kaartvervaardi
ging behandeld. Hij komt terecht tot de conclusie
dat de versplintering op het gebied van de kaart
vervaardiging in Nederland in deze tijd onaanvaard
baar is. Dit artikel is als bijlage A aan dit rapport
toegevoegd. Koeman was niet de enige die pleitte
voor een grootschalige basiskaartering van Neder
land. Herhaalde malen hebben andere geodeten de
aandacht gevestigd op deze noodzaak. Maar ook
uit kringen van kaartgebruikers klonken steeds
luider stemmen die aandrongen op voorziening in
deze behoefte. Zeer duidelijk kwam dit tot uiting op
een studiedag van de Nederlandse Vereniging voor
Geodesie in mei 1971 ter bespreking van het rapport
van de Studiecommissie Leidingenregistratie. In dit
rapport werd een wet op de leidingenregistratie
voorgesteld. Realisering van een goede registratie
zonder een goede topografische basiskaart werd
onmogelijk geacht. Uniformiteit van coördinaten
stelsel, inhoud, vorm en schaal is een vereiste om de
noodzakelijke communicatie tussen belanghebben
den bij de registratie van leidingen mogelijk te
maken.
Verbetering van het kartografische basismateriaal is
een onderdeel van het streven naar verbetering en
het brengen van meer eenheid in de registratie
methoden van de bedrijven die kabels en leidingen
in de grond hebben. In het bijzonder betreft dit de
openbare nutsbedrijven. Voor dit doel is opgericht
de „Werkgroep voor Leidingenregistratie van de
2 Rapport van de Commissie Grootschalige Basiskaart
222
ngt 74