lichting en aan het gebruik, de verdeling en het
beheer van de ruimte en van de bodem waarop wij
leven. Voor de uitvoering zal echter één dienst ver
antwoordelijk moeten zijn.
Zoals is gebleken, houden vele elementen van de
gbk verband met de wijze waarop grootschalige
kaarteringen reeds worden verricht door het Ka
daster en de Meetkundige Dienst van de Rijks
waterstaat. Rekening houdend met de toenemende
samenwerking van deze en enige andere rijksdien
sten is een oplossing, waarbij de vervaardiging van
de gbk in de produktie van deze diensten wordt
geïntegreerd of daaraan kan worden ontleend, te
prefereren boven het formeren van een nieuwe
rijksdienst. Naast de mogelijkheden die hierdoor
worden geboden, zal het echter nodig zijn om ook
andere diensten en ondernemingen bij de produktie
in te schakelen zonder de uniformiteit te schaden.
Hoofdstuk 4 CONCLUSIES
1De belangstelling voor een grootschalige basis-
kaart van Nederland is groot. In kwantitatief
opzicht zijn belangrijke gebruikersgroepen:
openbare nutsbedrijven en technische diensten
van rijk, provincies, gemeenten en waterschap
pen. De behoefte komt voort uit de ervaring
dat:
a. het aanwezige grootschalige kaartmateriaal
in het grootste deel van ons land ondoel
matig en te heterogeen van vorm, inhoud
en nauwkeurigheid is om als basis te kunnen
dienen voor technisch gebruik;
b. het zelfstandig vervaardigen of het laten
vervaardigen van goede kaarten, die boven
dien moeten worden bijgehouden, grote uit
gaven vergt;
c. de communicatie tussen bedrijven en dien
sten die in hetzelfde gebied werken, in hoge
mate wordt gediend door het gebruik van
eenzelfde kartografische ondergrond.
2. Onder basiskaart wordt in dit verband ver
staan
een uniform uitgevoerde kaart van Nederland,
in een éénduidig kaartbladen-systeem, met
een zodanige inhoud dat deze de basis kan zijn
voor aanvullingen die worden gewenst door
verschillende gebruikers.
3. In de voorgaande definitie ontbreekt een aan
duiding van de schaal.
De schalen die in aanmerking komen zijn
1:2000, 11000 en als grootste 1500.
De grootste uniformiteit zou worden ver
kregen door voor het gehele land één schaal
vast te stellen. Dit zou leiden tot de keuze van
de grootste schaal die echter slechts in weinig
omvangrijke gebieden (steden) noodzakelijk is
en derhalve een te kostbare uitvoering ten ge
volge heeft.
Voor de vaststelling van de schaal dienen daar
om per gebied criteria te worden ontleend aan
de volgende overwegingen:
a. de aard van het gebied (landelijk, open be
bouwd, stedelijk);
b. de wensen van de gebruikers;
c. de gewenste schaal van gelijktijdig en in
samenhang uit te voeren kaarteringspro-
jecten in het gebied
d. de eventuele aanwezigheid van basiskaart
materiaal dat kan worden gebruikt, o.a.
kadastraal hermeten plans.
4. Een uniforme uitvoering in een éénduidig
kaartbladensysteem wordt gevonden in een
raamkaart in het stelsel van de Rijksdriehoeks
meting.
De uitvoering in het formaat 50 x 100 cm voor
alle schalen in een systeem, dat zo eenvoudig
mogelijk aansluit aan de kilometerindeling van
het R.D.-stelsel, vindt de grootste aanhang in
de commissie en bij de gebruikers.
Voor de bladnummering kunnen de coördi
naten (x,y) van het zuidwestelijke hoekpunt
van de kaart als volgt worden gebruikt:
Rapport van de Commissie Grootschalige Basiskaart 13
ngt 74
233
