Berichten belangrijkste initiatiefnemende kracht blijven achter de landinrichting. In een toenemend aantal gebieden, waar grote belangen ten aanzien van de beheerssituatie of landschappelijke en cultuurhistorische waarden op het spel staan, zal ook van uit die belangen landinrichting worden bepleit; - voorshands wordt de landinrichting voortgezet in een tempo van gemiddeld 40.000 ha per jaar. Daarbij hebben we te maken met het probleem dat de samenleving ver langt dat de „nieuwe" ideeën al worden gerealiseerd met de „oude" instrumenten. Dat doet een groot beroep op de inventiviteit van ontwerpers, uitvoerders en bestuurders en op de bereidheid tot meedenken en meewerken van de direct betrokkenen. VAN LANDINRICHTING TOT INRICHTING VAN ONS LAND Op de studiedag Landinrichting van de Heidemaatschappij op 3 december jl. hield prof. mr. P. de Haan een voordracht waarin hij ondermeer wilde aantonen, dat er wel degelijk sprake is van een reële ontwikkeling van landinrichting op sectorale basis naar een geïntegreerde aanpak van land inrichting, stadsinrichting en grootschalige inrichting. De Haan zoekt de oorzaak van de behoefte aan integrale inrich- tingsvormen vooral in het ontstaan van nieuwe schaarstefac- toren, en in de spanningen tussen landbouw en industrie ener zijds en het milieu anderzijds. Beperking of bevordering van de groei in de verschillende sectoren vraagt om een vorm van integrale planning die we nu nog niet kennen, nl. een waarbij alle facetten en sectoren in één plan kunnen samenlopen. Als gevolg van de behoefte aan geïntegreerde inrichtings- vormen wordt er nu koortsachtig gewerkt aan een nieuwe inrichtingswetgeving: speciale wetten voor Midden-Delfland en Oost-Groningen, Landinrichtingswet, Wet op de Stads vernieuwing. Samen met buitenwettelijke oplossingen vormt dit een wonderlijk allegaartje, om niet te zeggen een rommel tje. De bestemmingswetgeving wordt uitgebreid met structuur schetsen, structuurschema's en planologische kernbeslis singen. Positieve bepalingen, die onderhoud en verdere in standhouding verzekeren, ontbreken in de beheerswetgeving. Op het terrein van de bestuurswetgeving verwacht De Haan grote moeilijkheden bij de verdeling van het takenpakket in het kader van de gewestvorming. Hij stelt, dat de her verdeling van taken van Rijk, provincie en gemeente zo nauw samenhangt met de door hem bepleite coördinatie van de wet geving inzake bestemming, inrichting en beheer van landelijke en stedelijke gebieden, dat hij niet goed inziet hoe men het daarzonder zou kunnen doen. Hij stelt zich een wetgeving voor, waarin via een herziene Wet op de Ruimtelijke Orde ning de aanwijzing kan plaatsvinden van landelijke en stede lijke inrichtings- en beheersgebieden, met daarop aansluitend een inrichtings- en beheerswetgeving die de plannen en middelen voor inrichting en beheer op zoveel mogelijk uni forme wijze regelt. De Haan ging vervolgens in op de vijf hoofdpunten van de Landinrichtingswet: de verruimde doelstelling, de verhouding tot de ruimtelijke ordening, de grondverwerving voor niet- agrarische doeleinden, de besluitvorming en het beheer. Het instituut ruilverkaveling krijgt naar De Haan's mening bij een verruiming van de doelstellingen kansen als nooit te voren, zowel voor landelijke als voor stedelijke herinrich- tingsvormen. Hij beschouwt de ruil- of herverkaveling als het meest geschikte juridische kader om een rehabilitatie te doen uitvoeren, waarbij dan een stadsvernieuwingscorporatie als organisatorisch kader kan fungeren. De Haan eindigde zijn voordracht met een pleidooi voor vereenvoudigde procedures voor zowel ruilverkavelingsover eenkomst als wettelijke ruilverkaveling in die gevallen waar in niet-agrarische belangen daarvoor geen belemmering zijn. VERENIGING VOOR KADASTER EN LANDMEETKUNDE Het bestuur van de Vereniging voor Kadaster en Landmeet kunde is sinds de Algemene Vergadering op 22 november jl. als volgt samengesteld Voorzitter: S. C. Bruinsma, Röntgenlaan 5, Son (N.Br.), tel. 04990-2205. Secretaris: Ir. P. .1. Pronk, De Tsjalk 14, Grouw (Fr.), tel. 05662-1303. Penningmeester: Ir. P. Heij, Abeelstraat 3, Dubbeldam, tel. 078-60398. Lid: Ir. J. Edel, Comm. v. Voorst tot Voorstlaan 8, 's-Her- togenbosch, tel. 04100-39577. RAYONBIJEENKOMST TE GRONINGEN In samenwerking met de rayoncommissie Noord van het N.G.L. organiseert de districtscommissaris-Noord van de Nederlandse Vereniging voor Geodesie op maandag 17 februari 1975 een bijeenkomst te Groningen. De heer Ir. S. Rienstra, eerder Hoofd van de Meetkundige Dienst van de Rijkswaterstaat, zal een inleiding houden over de Grootschalige Basiskaart. Het is de bedoeling dat de inleiding kort wordt gehouden en de nadruk wordt gelegd op de discussie, omdat in het Neder lands Geodetisch Tijdschrift van november 1974 het Rapport van de Commissie Grootschalige Basiskaart, van welke commissie Ir. Rienstra deel heeft uitgemaakt, in extenso is opgenomen. Lezing van dit rapport voor de bijeenkomst wordt dan ook aanbevolen. De bijeenkomst wordt gehouden in het gebouw van de Stichting Noordelijk Technisch Wegenbouwcentrum, Nieuwe Ebbingestraat 64 te Groningen. Aanvang 20.00 uur. De N.V.G.-commissaris voor het district Noord, Ir. W. Bakker VERHOGING ABONNEMENTSPRIJZEN In verband met de sterk gestegen druk- en portokosten is het noodzakelijk gebleken de prijs van abonnementen en losse nummers van het Nederlands Geodetisch Tijdschrift per 1 januari 1975 te verhogen. Een jaarabonnement gaat 55, kosten, een los nummer 6,Wij hopen met deze verhoging peil en omvang van het tijdschrift te kunnen handhaven. (redactie). LANDMEETKUNDIG GEZELSCHAP SNELLIUS Het bestuur van het Landmeetkundig Gezelschap Snellius heeft zich voor het verenigingsjaar 1974-1975 als volgt samengesteld R. C. Neleman, voorzitter F. J. de Vroege, secretaris J. W. Koerselman, penningmeester H. Zwaan, lid. 24 ngt 75

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Nederlands Geodetisch Tijdschrift (NGT) | 1975 | | pagina 26