- een lijst met grootten van percelen aangevuld met berekende eigenmaten langs de omtreks- grenzen, bestemd voor het boekwerk grootte berekening; - lijsten met meetgegevens en controleresultaten die worden gearchiveerd in het dossier grondslag berekening; - een kaart, die na opwerking als bijblad gaat fungeren. Bijhouding Eén van de belangrijkste eisen, die aan het systeem worden gesteld, betreft de noodzaak tot bijhouding van de gegevens die door het systeem zijn gepro duceerd. Daarbij komt als principiële vraag naar voren of men het coördinatenkadaster, dat door toepassing van het systeem in een bepaald gebied is gereali seerd, in stand moet houden of dat men in het ge bied bijhoudingsmetingen verricht volgens de nu gebruikelijke methode van het getallenkadaster. Zelfs kan men zich afvragen of het voor bepaalde gevallen niet zinvol is om alleen verder te werken met de kaart en aldus een grafisch kadaster te vestigen. Het blijkt, dat men in de praktijk bij de hermetin gen, gemeten volgens het systeem Detailmeting, bijna overal de methode van het getallenkadaster toepast. Wel is voorgeschreven, dat de bijhoudings metingen zodanig moeten worden ingericht, dat achteraf nog coördinaten kunnen worden berekend. Instandhouding van het coördinatenkadaster blijkt dus vrijwel niet toegepast te worden. Hiervoor zijn verschillende oorzaken te noemen. De belangrijkste oorzaak ligt bij het systeem van puntnummering, dat zich slecnt leent voor gebruik op langere termijn. Voorts heeft men op de districtskantoren nog geen adequate rekenapparatuur ter beschikking, terwijl het systeem Detailmeting economisch en organisa torisch minder geschikt is voor de verwerking van kleinere bijhoudingsmetingen. 3 Coördinatenkadaster Toch zijn er naar mijn oordeel enkele belangrijke argumenten naar voren te brengen voor het in standhouden van een coördinatenkadaster, mits er een doelmatig systeem van puntnummeren wordt gevonden en mits er geschikte rekenapparatuur ter beschikking staat. Een bijhoudingsmeting in een coördinatenkadaster kan zich namelijk beperken tot het meten van de nieuwe grenzen, waarbij men het verband met voor gaande metingen waarborgt, door enkele goed identificeerbare punten, zoals hoeken van huizen, in de metingen op te nemen. Snijdingen van nieuwe en oude grenzen kunnen rekenkundig worden bepaald en behoeven niet door uitzetting in het terrein te worden vastgelegd. Ik geloof dan ook dat op deze wijze een belangrijke besparing in het terrein kan worden bereikt, waar best wat extra rekentijd op kantoor tegenover mag staan. Een en ander kan pas worden bevestigd door uitvoerige proefmetingen te verrichten. Een tweede argument voor de invoering van een coördinatenkadaster is, dat de gegevens zich goed lenen voor computerverwerking in tegenstelling tot meetgegevens in een getallenkadaster. Het ge bruik van computers, tekenautomaten, coördi- natenlezers en fotogrammetrische digitizers neemt hand over hand toe, en de toepassingsmogelijk heden van deze apparatuur worden steeds groter. Wil men daar gebruik van maken, dan moet men wel naar een coördinatenkadaster. 4 Systeem van puntnummering Zoals reeds is betoogd is een goed systeem van punt nummering voor detailpunten de basis voor een goed bruikbaar coördinatenkadaster. Ik wil dan ook speciaal dit aspect nader belichten en beginnen met een formulering van de eisen, waaraan een goed puntnummersysteem moet voldoen. Als primaire eis moet worden gesteld, dat een punt- nummer niet te groot mag worden, zodat het han teerbaar blijft. Puntnummers van meer dan zes cijfers zijn ondoelmatig voor dagelijks gebruik. Een tweede fundamentele eis is, dat de nummering tijdens de meting moet kunnen geschieden. Hier door wordt n.l. de relatie tussen het veldwerk en het coördinatenbestand gewaarborgd. Het veld werk is en blijft het belangrijkste archiefstuk voor de vastlegging van kadastrale grenzen. Het verschil ngt 75 37

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Nederlands Geodetisch Tijdschrift (NGT) | 1975 | | pagina 13