Ingenieursscripties EEN PRAKTISCHE OPZET VAN EEN SYSTEEM VOOR AUTOMATISCHE TRANSFORMATIE VAN GROOTSCHALIGE KAARTEN NAAR HET R.D.- STELSEL L. J. G. Bisselink Samenvatting De N.V. P.N.E.M. (Provinciale Noordbrabantse Electrici- teits Maatschappij) te Den Bosch bezit, zoals zovele nuts bedrijven, kaartmateriaal voor de registratie van haar lei dingen van zodanige kwaliteit, dat bij onderlinge uitwisseling van kaarten de verschillen onaanvaardbaar groot zijn. Wegens de aanschaf van een interactief systeem voor de kaartvervaardiging was mede de mogelijkheid geschapen om te gaan denken aan verbetering van het kaarten bestand langs rekentechnische weg; kaartverbetering door middel van her meting kon zonder meer worden vergeten. Deze kaartverbetering zou dan niet alleen vruchten afwerpen bij het contact met de overige nutsbedrijven, maar zou tevens nuttig kunnen zijn bij de aansluiting aan c.q. overgang op de in de toekomst te verwachten basiskaart. De vraag was derhalve, of het inderdaad mogelijk was met de bestaande apparatuur en personeelsformatie een gedeelte van het laagspanningskaartenbestand met schaal 1500 te transformeren naar het R.D.-stelsel. Een gedeelte slechts van het kaartenbestand, omdat de rest wegens de slechte kwaliteit zonder meer al buiten beschouwing kon worden gelaten. Ingezien werd, dat binnen het bedrijf de kennis ontbrak om een transformatiesysteem te ontwikkelen, waarmee optimale resultaten te behalen zouden zijn. Dientengevolge werd contact opgenomen met de Onderafdeling der Geodesie van de Technische Hogeschool te Delft, hetgeen resulteerde in een half jaar onderzoek voor de schrijver. De kern van het probleem ligt in de vraag, hoe met voldoende resultaat het P.N.E.M.-puntenveld, zoals afgebeeld in de P.N.E.M.-kaart, kan worden aangesloten aan het R.D.- puntenveld. Om een aantal redenen werd als representatie van het R.D.-puntenveld de kadastrale kaart gekozen, waar bij dan de eis moet worden gesteld, dat die hermeten moet zijn. Na enige experimenten met eenvoudige methoden bleek al snel, dat beter kon worden uitgegaan van een streng- theoretische opzet volgens aansluitingsmethoden, die op het Laboratorium voor Geodetische Rekentechniek zijn ont wikkeld. Het gehele ontwikkelde transformatiesysteem is dan ook opgezet volgens de theorieën over aansluiting van twee puntenvelden in hetzelfde schrankingsstelsel met behulp van de twee bijbehorende gewichtscoëfficiëntenmatrices. In principe wordt derhalve de volgende procedure gevolgd: Na vergelijking van de P.N.E.M.-kaart met de daarbij be horende kadasterkaarten worden twee puntenvelden ge kozen, die overeenkomstig zijn. Deze twee puntenvelden worden gedigitaliseerd met behulp van een coördinatenlezer (de Haropen), waarna de coördinaten worden gecorrigeerd voor de niet stochastische invloeden van rek en/of krimp. Na transformatie naar dezelfde basis (hetzelfde schrankings stelsel) kunnen de sluittermen worden berekend, waarna door vermenigvuldiging met de som der gewichtscoëfficiënten matrices voor beide puntenvelden de gewogen sluittermen (correlaten) kunnen worden bepaald. Van elk gedigitaliseerd P.N.E.M.-punt kunnen dan, na rekcorrecties en enige vooraf gaande gelijkvormigheidstransformaties, de correcties worden berekend door vermenigvuldiging van de gewogen sluit termen met de gewichtscoëfficiëntenmatrix van dat punt ten opzichte van de gekozen aansluitpunten. Hierbij moeten de beide gewichtscoëfficiëntenmatrices worden gerepresenteerd door vervangingsmatrices, waarvoor een nauwkeurigheids bepaling van de P.N.E.M.-kaart noodzakelijk was. Niet alleen is veel tijd besteed aan de nauwkeurige bepaling der aansluitpunten, het nauwkeurigheidsonderzoek van de P.N.E.M.-kaart, de bepaling van de parameters van de ver- vangingsmatrix, de controlemogelijkheden en de optimale programmering van de geschetste procedure, maar ook aan een voor de P.N.E.M. efficiënte vorm, zodat in de produkrie- fase economisch kan worden gewerkt met eigen personeel en met de huidige apparatuur en programmatuur. Aangetoond is, dat de transformatie mogelijk is, dat er goede resultaten verwacht kunnen worden, en dat de transformatie in de produktiefase volledig door de P.N.E.M. kan worden uitgevoerd, mits tenminste ruim de tijd wordt genomen om ervaring op te doen bij de keuze der aansluitpuntenvelden. Helaas is echter de onderzoekfase nog niet beëindigd. Vooral de nauwkeurigheidsbepaling van de getransformeerde P.N.E.M.-kaart verdient nog de nodige aandacht, maar ook de kaartaansluitingen, de mogelijke toetsing van de para meters van de vervangingsmatrices en de procedure voor steekproefsgewijze controle der getransformeerde kaarten. Voor dit voortgezette onderzoek is geodetische kennis echter onontbeerlijk. EEN PROEVE VAN EEN PROCEDURE VOOR DE STEDELIJKE HERVERKAVELING Cees Hompe Willem van der Made Gijs van Valkenhoef Samenvatting van een afstudeerscriptie!werkverslag, bevattende de studie naar de mogelijkheid van stedelijke herverkaveling als stadsvernieuwingsmodaliteit In de loop der zestiger jaren groeide de behoefte de stads vernieuwingswerkzaamheden, ten gevolge van enerzijds de toenemende zorg voor het oude woningbestand en ander zijds de gewijzigde visie op de functie van de binnenstad en de daar omheen liggende I9e-eeuwse wijken, te bun delen in één geïntegreerd kader. Rond 1970 werd als mogelijk heid voor deze bundeling de toepassing van de procedure voor agrarische ruilverkaveling op het stedelijk gebied ge opperd. In de hier te bespreken scriptie is een aanzet gedaan in de ontwikkeling van een dergelijke aangepaste procedure, voortaan stedelijke herverkaveling te noemen. Allereerst bleek het noodzakelijk om de wetgeving met be trekking tot de stadsvernieuwing, zoals die tot op heden zijn grondslag vindt in de Wet op de Ruimtelijke Ordening aan te passen. Om tot operationele doelstellingen te komen was ook een probleemanalyse van de stadsvernieuwing nood zakelijk. Met de doelstellingen en de ontworpen wetgeving werd het mogelijk een procedure voor de stedelijke her verkaveling te schetsen, waarbij de procedure voor de agra rische ruilverkaveling als richtlijn diende. Bij de ontwikkeling van de wetgeving voor het stedelijk gebied en van een procedure voor de stedelijke herverkaveling zijn een viertal punten van groot belang: a. de gemeente behoeft actieve uitvoeringsmiddelen om de problemen in de stadsvernieuwingsgebieden aan te kunnen pakken; b. de inspraak moet maximaal en goed geregeld worden; ngt 75 75

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Nederlands Geodetisch Tijdschrift (NGT) | 1975 | | pagina 17