Fig. 21Uitkomst van vereffening en toetsing, standplaatsen 7 en 8. Niet gecontroleerde waarnemingsgrootheden zijn aangegeven met sterretjes (d.w.z. grenswaarde oneindig). De drempelwaarde is v'F(0.05; 1oo) 1.9. Uitvoer: 1. Alle ingevoerde gegevens. 2. Aantal onbekenden 2 x aantal punten 2 x aantal aansluitpunten aantal opstellingen 1). Aantal waarnemingsgrootheden. Aantal voorwaarden. 3. Lijst, met per waarnemingsgrootheid - grenswaarde (A° 7.8) - Ax'-grootheid (2e st.vrgst.) - vereffeningscorrectie - toetsgrootheid w{ (zie fig. 21). 4. Sluittermen tussen netcoördinaten en gegeven coördinaten in de niet-gebruikte aansluitpunten. 5. Coördinatenlijsten. De berekening: De terminologie en de notatie in deze paragraaf zijn ontleend aan: W. Baarda: Vereffeningstheorie (1967). Het programma bestuurt zichzelf wat betreft het dimensioneren en vullen van de te gebruiken ma trices. De puntnummering in de invoer speelt hier bij geen rol. Elk punt dat blijkens de eerste positie van zijn codering een rol speelt in de vereffening krijgt bij binnenkomst een volgnummer (1, 2, 3, nbij de uitvoer wordt het „officiële nummer" (uit de meetlijst) weer toegevoegd. De coëfficiënten- matrix (a'J die zeer ijl is, wordt opgesteld volgens een „zeef-procédé" van eigen ontwerp. De berekeningen verlopen als volgt: 1. Benaderde waarden Y% voor a"e coördinaten, oriënteringen en de schaal, in een rekenstelsel. De aansluitpunten worden gelijkvormig ge transformeerd van RD naar dit rekenstelsel. 2. Per waarnemingsgrootheid de standaardafwij king o2g", waarin de gekozen <rr, crs en oc ver werkt worden, alsmede de afstand tussen stand plaats en richtpunt. 3. Per waarnemingsgrootheid de differentiaal-quo tiënten dX'ldYa naar de bijbehorende vier co- ordinaten (standplaats en richtpunt). Deze worden geplaatst in de matrix (o!,). 4. Per waarnemingsgrootheid de pseudo-sluitterm: Ax'x'-XX... Y0*...) 5. De matrixprodukten; zie: W. Baarda, Vereffe ningstheorie 1967, (7.13), (7.17) en (9.58) en Testing Procedure 1967, (3.12) en (7.11): (r') [(^)*(rr1K)]"1; <n (YS)+(9xp)(ai)\gij)~\Axi) vereffende coördinaten (worden uitgevoerd); (e') («i)(Ar)-(Ax') vereffeningscorrecties (worden uitgevoerd); G" diagonaalelement van [(aj,) (gaf) (ajj)*] Jg"-G grenswaarden voor 20 7.8, d.w.z. a0 0.05 en P0 0.80 (worden uitgevoerd); dI toetsgrootheden (worden uitgevoerd). 6. Alle coördinaten worden gelijkvormig getrans formeerd naar RD, en uitgevoerd. 169 RICHTING 6 -93 250.8 OMGR -10.8 RICHTING 6 - 59 551.6 DMGR -65.5 LENGTE 6 - 61 8.5 CM 0.0 RICHTING 6 - 61 256.9 DMGR 0.0 LENGTE 6-7 8.5 CM 0.0 RICHTING 6 - 7 180.6 DMGR 0.0 (^LENGTE7 - óT) 8.6 CM 7.8 RICHTING 7 - 61 185.1 DMGR 0.0 RICHTING 7 - 93 185.1 DMGR -55.7 LENGTE 7 - 8 15.1 RICHTING 7 - 8 -0.0 LENGTE 8 - 69 7.6 RICHTING 8 - 69 0.0 RICHTING 8 - 7 0.0 ngt 75 DMGR -5.2 DMGR 0.2 DMGR 22.1 DMGR 0.3 CM -1.9 CM 1.9 VERWERPEN DMGR -51.8 DMGR 1.8 CM 2.5 CM 2.4 VERWERPEN DMGR 19.7 DMGR 1.6 CM -2.6 CM 2.6 VERWERPEN DMGR -20.5 DMGR 0.9 DMGR 7.9 DMGR 0.9 CM -0.0 CM DMGR -0.0 DMGR CM 0.0 CM DMGR 0.0 DMGR -0.0 DMGR M't asJg"-G"\

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Nederlands Geodetisch Tijdschrift (NGT) | 1975 | | pagina 11