iiPiigi
mogen worden; hiervoor zijn dus 2 mogelijkheden:
1. Indien het te bepalen dwangpunt (kunstwerk)
dicht bij een opstelling ligt: aanmeten van 2
markante punten van het kunstwerk, met voer-
stralen, en meting van de onderlinge afstand met
de meetband, zie fig. 8. De coördinaten worden
naderhand gecontroleerd met de rechtstreekse
lengte. De dwangpuntsafstand cl0 volgt uit de
bouwtekening, en wordt met de coördinaten
ingevoerd in TR.
2. Indien het te bepalen punt ongeveer halverwege
twee opstellingen ligt: aanmeting met een voer-
straal vanuit beide standplaatsen, of met een
voerstraal vanuit de ene, en een richting vanuit
de andere: zie fig. 9. In dit geval worden de
voerstralen opgenomen in de vereffening, want
zij dragen bij aan de overbepaaldheid van het
net.
Precisie
Aanmeting van te bepalen dwangpunten D, en uit
zetpunten U; volgens de methode van fig. 9c (2 rich
tingen en 1 lengte) leidt, bij ongeveer gelijke rela
tieve standaardafwijkingen voor lengtes en rich
tingen, tot langwerpige standaardellipsen, waarvan
de lange as ongeveer evenwijdig aan het tracé ligt
(fig- 10).
Deze precisie correspondeert met de eisen die we aan
zowel dwangpunten als uitzetpunten stellen: de
precisie in dwarse richting is belangrijker dan die in
de lengterichting van het tracé. In het tracépro
gramma worden de coördinaten van dwangpunten
namelijk alleen gebruikt voor het berekenen (in elke
iteratiestap) van de dwangpuntsafstand dp, wat be
treft de uitzetgegevens zijn alleen de loodlijnlengtes
van wezenlijk belang, daar de meetlijnen ongeveer
evenwijdig liggen aan het uit te zetten tracé (fig. 10).
Betrouwbaarheid
Alleen die fragmenten van het net, die een gesloten
figuur vormen, zijn vatbaar voor toetsing in de
interne verejfening. Nadat deze toetsing is uitge
voerd en toegepast (verwijdering of hermeting van
verworpen waarnemingen) is de toetsing van de
externe vereffening (op aansluitpunten) redelijk
ngt 75
Fig. 7. Het Meerzichtviadukt, met de dwangpunten 17 en 18.
Fig. 8.
Dwangpunt, type A.
Fig. 9.
Dwangpunten
Boven: type B
Onder: type C.
Di
<?-
Fig. 10.
Standaardellipsen
Boven: dwangpunt
Onder: uitzetpunt.
Fig. 11.
Het net voor de bepaling van 9 dwang
punten (11... 19) en 14 uitzetpunten
(5164). Van de automatisch geregis
treerde meetlijst is het fragment, dat
betrekking heeft op de standplaats 6 en
7 weergegeven in fig. 20.
9ESEMHSSB8BB
13
15"
Ik
A R&nsluitpunt
o Stancl plaats
Dvvangpunten/Uizefcptn
Lengte -f richting (wederzijds)
Lengte 4-richting (eenzijdig)
Rt'ch ting
166