staat, zullen kunnen worden opgelost. Dit zit hem
echter meer in het praktisch functioneren dan in
fouten in de toekomstige wetgeving.
Ik denk hierbij aan de volgende punten:
1 Integrale planning
Nog maar weinig streekplannen bezitten een werke
lijk programmatisch karakter. Zéker is dat er nog
geen streekplan is waarin het inrichtingsaspect als
zodanig, of het nu landinrichtings- of stedelijke in
richtingsaspecten betreft, zo duidelijk is omschre
ven dat de in de landinrichtingswet te introduceren
herinrichtingsplannen al een basis kunnen vinden
in het streekplan.
Wetende dat de voorbereiding van een streekplan
vele jaren duurt en ook wetende welke spanningen
rond de vaststelling van streekplannen kunnen ont
staan betwijfel ik of provinciale besturen bereid zijn
hun streekplannen op korte termijn te herzien c.q.
aan te passen zodat zij een goede basis vormen voor
de landinrichtingsplannen. Voorts moet worden
bedacht dat de integratie en coördinatie die in
de streekplannen is vastgelegd een zeer broze is.
Aannemende dat het provinciaal bestuur dat het
streekplan vaststelt, zelf ook de wil heeft de gefor
muleerde doelstellingen te realiseren, zal dat toch
nog vele moeilijkheden opleveren omdat de conse
quenties van een streekplan noch voor de rijks
overheid, noch voor de gemeente bindend zijn.
In het advies over de landinrichting van de Raad
van Advies voor de Ruimtelijke Ordening van 1973
wordt dan ook gesteld dat het met het oog op een
heid van beleid en het op elkaar afgestemd zijn van
inzichten over uitvoeringsplannen wenselijk is
dat het streekplan wordt uitgebouwd tot een streek
plan waarin inzichten en uitvoeringsplannen van de
drie bestuurslagen zijn verenigd, en dat daarom het
streekplan zou dienen te zijn:
a. een beleidsprogramma dat consistent en doel
gericht is en dus een stevige basis voor Gedepu
teerde Staten zal zijn voor het aanwijzings- en
goedkeuringsbeleid.
b. een „verbond" tussen Rijk, Provincie en Ge
meente waarbij bindende afspraken worden ge
maakt met betrekking tot de verwerkelijking
van de doelstellingen van het plan.
Vooral zolang op rijksniveau de eenheid van beleid
nog ver te zoeken is lijkt het een vrome wens bij het
vaststellen van het streekplan reeds voldoende reële
programma's te kunnen vastleggen, die een basis
zouden kunnen vormen voor een geïntegreerd
landinrichtingsprogramma.
2 Verhouding streekplan - landinrichtings-
programma/landinrichtingsplan
In principe ben ik het helemaal eens met de ge-
dachtengang zoals deze in 2.4 op pagina 19 is
omschreven. Maar ook hier onderschat de com
missie de moeilijkheden bij de totstandkoming van
streekplan of een herziening daarvan.
Wanneer ik lees: „Gedeputeerde Staten leggen het
ontwerp-landinrichtingsprogramma voor aan Pro
vinciale Staten" en „Wanneer het ontwerp land
inrichtingsprogramma niet in overeenstemming is
met het vastgestelde streekplan, dan wel geen rechts
geldig streekplan aanwezig is, kunnen Provinciale
Staten beslissen dat het landinrichtingsprogramma
wordt verworpen dan wel dal het programma pas
wordt voorgesteld, wanneer gelijktijdig het streekplan
c.q. de herziening van het streekplan wordt vastge
steld", dan vraag ik mij af, of er ooit een landinrich
tingsprogramma of landinrichtingsplan zal worden
vastgesteld.
Daarbij moeten we bedenken dat alle structuur
schema's die gaan verschijnen ook als ze als plano
logische kernbeslissingen door de kamer zijn aan
vaard hun effectuering in het streekplan moeten
vinden. De procedures die daarvoor zijn gegeven
zullen er ook toe leiden dat veel streekplannen aan
gepast zullen moeten worden al dan niet na aan
wijzing door de desbetreffende Minister.
Voorts bedenkende dat de schema's regelmatig her
zien en bijgesteld zullen moeten worden (om de 4
a 5 jaar) dan betwijfel ik of er één college van
Provinciale Staten is dat binnen de zittingstermijn
van 4 jaar een streekplan of streekplanherziening
rond krijgt.
Overigens heb ik er alle begrip voor dat we ver
trouwd moeten raken met het systeem van de
cyclische planning, zoals deze in hoofdstuk III van
de Oriënteringsnota is beschreven. Van statisch
gerichte planning zijn we via de procesplanning nu
90
ngt 76