raking komt met allerlei facetten van de landmeet kunde. Hij moet tevens leiding geven aan niet-land- meetkundige activiteiten die hem door het ge meentebestuur c.q. zijn directie worden opgedragen. De landmeetkundige activiteiten zijn te onderschei den in drie hoofdgroepen, te weten: 1landmeten; 2. kartografie; 3. reproduktie. Het leidinggeven aan de reken- en tekenwerkzaam heden en het meten in het terrein. De werkzaamheden bestaan uit a. het vervaardigen van matenplannen voor uit- breidings- en saneringsgebieden; b. het uitzetten in het terrein van de op de maten plannen in coördinaten vastgelegde assen van wegen en waterlopen, rooilijnen van gebouwen, assen van leiding- en kabeltracés; c. het uitzetten van bijzondere kunstwerken, zoals viaducten, bruggen, tunnels, etc.; d. het uitvoeren van metingen t.b.v. de vervaardi ging van kaarten, schaal 1:200; e. het begeleiden zowel in voorbereiding als in uit voering van grote civieltechnische bouwwerken, zoals metro, Y-tunnel, luchthaven Schiphol, Centrale Hemweg, etc. Hierbij worden in nauwe samenwerking met de betrokken afdeling de maatvoering (en toleranties) vastgesteld en in het terrein uitgezet. Het controleren van de door de aannemer verrichte meetwerkzaamheden; f. het verrichten van alle kadastrale metingen t.b.v. de door de gemeente Amsterdam in erfpacht dan wel verkoop uitgegeven of door aankoop ver kregen percelen en het karteren van deze me tingen op de kadastrale kaarten en het bepalen van de oppervlakten van deze percelen. Het aan leggen van kadastrale bladen; g. het verrichten van deformatiemetingen, zowel in horizontale als in verticale zin, bij 1. restauratie van de grote kerken en kerk torens; 2. het onderhoud van bruggen, viaducten, kade muren, spoordijken; 3. het instandhouden van grote gebouwen; 4. grote civieltechnische bouwwerken zowel aan het kunstwerk zelf als aan bestaande bouw werken in de onmiddellijke nabijheid ervan; h. het instandhouden en uitbreiden van het net van hoofdpunten en de meetkundige verdichting in het systeem van de Rijksdriehoeksmeting; i. het instandhouden en uitbreiden van het net van hoogtemerken; j. het verrichten van bijzondere metingen, zoals: het uitlijnen van een lineaire versneller voor het Instituut voor Kernonderzoek; luchtkartering t.b.v. kaartschalen 1:200 m.b.v. fotografie vanuit een helikopter; terrestrische fotogrammetrie waarbij gebruik ge maakt wordt van een „hoogwerker"; k. het verrichten van bijzondere opdrachten. Als voorbeeld kunnen genoemd worden het oprich ten van een organisatie t.b.v. de heffing van on- roerend-goedbelasting. Het inrichten van een meetbureau (±30 man) voor het vaststellen van de oppervlakten van de belastbare percelen, het deelnemen aan diverse commissiewerkzaam heden, zoals Stichting tot Ontwikkeling van Automatisering bij Gemeenten, Bestuurlijke Overlegcommissie Overheidsautomatisering, etc. Bij het uitzetten van nieuwe rijkswegen en nieuwe spoorlijnen wordt nauw samengewerkt met Rijks waterstaat resp. Nederlandse Spoorwegen, terwijl in nauwe samenwerking met de Dienst van het Kadaster en de Openbare Registers (KADOR) alle kadastrale werkzaamheden worden verricht. Het instandhouden en uitbreiden van een groot schalige basiskaart 1:1000 door het uitvoeren van zowel terrestrische metingen als luchtkarteringen. Deze kaarten worden vooral gebruikt als onder gronden voor het net van kabels en leidingen. Het instandhouden van een topografische kaart 1:5000 (36 bladen in 3 kleuren) en 1:10.000 (9 bladen in 19 kleuren). Als hulpmiddel bij deze in standhouding wordt gebruik gemaakt van de jaar lijkse luchtfotografie (1:10.000) van de gemeente. Het vervaardigen van bijzondere kaarten: 125.000, 150.000, wegvervoerskaart, havenkaart, thema tische kaarten, etc. AD 1. LANDMETEN AD 2. KARTOGRAFIE ngt 76 149

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Nederlands Geodetisch Tijdschrift (NGT) | 1976 | | pagina 7