Vfi v^- De maten langs de meetlijn en de lengten van de loodlijnen fungeren als waarnemingen, die moeten worden gecorrigeerd. De coördinaten van de aan- sluitingspunten worden afwijkingsloos verondersteld en krijgen dus geen correcties. Dit in tegenstelling tot een overbepaalde gelijkvormigheidstransforma tie, waarbij ten behoeve van de berekening de coör dinaten van de aansluitingspunten correcties worden toegedacht, terwijl tevens voor de gewichtscoëffi- ciëntenmatrix de eenheidsmatrix wordt genomen. Als in het systeem Detailmeting 76 eveneens met een eenheidsmatrix als gewichtscoëfficiëntenmatrix zou worden gewerkt, dan zouden de resultaten het zelfde zijn als bij de overbepaalde gelijkvormigheids transformatie. Voor de vereffening wordt weer gebruik gemaakt van het tweede standaardvraagstuk, waarbij in dit geval vier onbekenden voorkomen. Om een zo groot mogelijke overeenkomst te krijgen met de ten behoeve van de vrije standplaats uit te voeren be rekeningen, zijn als onbekenden gekozen de X- en K-coördinaat van het beginpunt P0 van de meetlijn, alsmede de oriëntering co en de schaal X van de meetlijn. Aangezien een berekening op de hiervoor beschre ven wijze niet gebruikelijk is, zullen hierna de for mules worden gegeven, die ten behoeve van de ver effening worden afgeleid. Is Xi de maat langs de meetlijn en yt de lengte van de loodlijn (zie fig. 1), dan hebben de correctie vergelijkingen de volgende vorm: r r sXl A J AY A co AX K. met: a —cos co0 b sinco0 ct —b(Xi X0) a{Yi Y0) dt a(Xi-X0) b(Yi-Y0) AXj Xf x^Xo, Y0,co0,X0Xi dt Xi-ylX0- Y0,co0,X0) c, X0 =1 r a A.F; X0, K0, co0 en X0 zijn benaderde waarden voor de coördinaten van het beginpunt, de oriëntering en de schaal van de meetlijn. De berekening van deze benaderde waarden geschiedt op dezelfde wijze als bij de vrije standplaats, via een gelijkvormige aan sluiting aan twee aansluitingspunten. In de hiervoor vermelde formules wordt co gedefi nieerd als het argument van het nieuwe stelsel minus het argument van het oude stelsel, dus net tegen gesteld aan de co uit de formules voor de gelijk vormigheidstransformatie. De vereffening en de toetsing verloopt verder op dezelfde wijze als bij de vrije standplaats, en bij een ernstige toleransoverschrijding worden eveneens steeds twee bij elkaar behorende waarnemingen verworpen. In principe zou ook slechts één waar neming verworpen kunnen worden, zoals in [4] wordt bepleit. Het programma is daar echter niet op afgesteld. 3 Kansmodel In het voorgaande wordt gesproken over vereffenen en toetsen. Dat is echter alleen mogelijk als het kansmodel nader wordt gedefinieerd. In het vol gende zal de keuze van het kansmodel nader worden toegelicht. 3.1 Precisie van de metingen In de eerste plaats moest een uitspraak worden ge daan over de precisie van de metingen. Gesteld werd en dit geldt voor alle door het systeem Detail meting 76 te verwerken metingen, dat voor een meting met een meetband geldt: ff/ yj{5(lhm)2+2(lhm)} cm en voor een meting met een elektromagnetische afstandmeter: cr, 1.5 cm Voor de richtingsmeting werd uitgegaan van: Voorts werd aangenomen dat de waarnemingen sto chastisch onafhankelijk zijn. fig. 1 Po O** a b ct df b a —di ct -y« Ax'j X. J ar 10 mgr ngt 77 69

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Nederlands Geodetisch Tijdschrift (NGT) | 1977 | | pagina 15