fig. 7
standaardellips van het opstelpunt minimale af
metingen krijgt als de aansluitingspunten regelmatig
over de horizon verdeeld zijn. Bovendien bleek een
toename van het aantal aansluitingspunten geen
spectaculaire verkleining van de standaardellips
van zowel het opstelpunt als van een daaruit opge
nomen detailpunt ten gevolge te hebben.
Tevens bleek, dat de precisie van het opgenomen
detailpunt meer beïnvloed wordt door de ligging
van het detailpunt t.o.v. de aansluitingspunten, dan
door de ligging van het opstelpunt, tenzij men de
standplaats ver buiten het gebied der aansluitings
punten kiest. De detailpunten blijken de grootste
precisie te bezitten in het centrum van de groep
aansluitingspunten. Het voorgaande komt overeen
met de bevindingen in [7]. In bedoeld artikel wordt
aangetoond, dat de keuze van de standplaats er
helemaal niet toe doet. Wat de precisie betreft, gaat
dit gedeeltelijk op, wat de betrouwbaarheid betreft
niet.
7 Slotopmerkingen
Ten behoeve van het systeem Detailmeting 76 is
aan de precisie en de betrouwbaarheid van de ge
creëerde puntenvelden veel aandacht geschonken.
Daarbij is gezocht naar een evenwicht tussen de
strikt theoretische benadering van de problemen en
de praktische toepasbaarheid in een operationeel
systeem. De beschouwingen over de betrouwbaar
heid van de berekende coördinaten hebben wel een
theoretische basis, doch steunen vooral ook op een
aantal aannamen, die discutabel zijn, terwijl voorts
gevoelsmatige overwegingen een rol hebben ge
speeld. De ontwikkelde verkenningsregels moeten
in dit licht worden bezien. De beschouwingen over
precisie moeten als zeer voorlopig worden be
schouwd. Dit aspect is nog lang niet uitgekristalli
seerd. Mogelijk kan de criteriumtheorie van Baarda
mede bijdragen tot een beter inzicht in de precisie
van lagere orde puntenvelden. Daaruit zullen dan
in de toekomst nadere verkenningsregels moeten
worden afgeleid.
voerstraaIlengte 60 m
standplaats
detailpunten
kenmerk
aantal aansl. punten
MX MY
MX MY
MX MY
MX MY
MX MY
2
1.6 1.8
2.7 3.1
3.9 4.2
7.4 7.6
15.2 15.3
3
1.4 1.4
2.3 2.7
CO
CO
CO
7.3 7.4
15.1 15.2
4
1.2 1.2
2.1 2.5
3.5 3.8
7.3 7.4
15.1 15.2
5
1.1 1.1
2.0 2.4
3.5 3.7
7.2 7.3
15.1 15.2
Literatuui
1. W. Baarda, A testing procedure for use in geodetic net
works, Netherlands Geodetic Commission, publications
on geodesy, new series, vol. 2, no. 4, Delft 1968.
2. W. Baarda, S-transformations and criterion matrices,
Netherlands Geodetic Commission, publications on geo
desy, new series, vol. 5, no. 1, Delft 1973.
3. J. Ebbinge, S. Tonneman en J. van der Veen, Bijhouding
in een coördinatenkadaster, stencil, Delft 1977.
4. W. Helbe, Helmerttransformation mit Streichung von
Einzelkoordinaten fehlerhafter Punkte, Allgemeine Ver-
messungs-Nachrichten 5 [1976].
5. Handleiding voor de technische werkzaamheden van het
kadaster, 1956.
6. J. Polman, Het systeem Detailmeting 76, Nederlands
Geodetisch Tijdschrift, 7e jaargang, no. 4, 1977.
7. M. Ruopp, Genauigkeitsbetrachtungen zur polaren
Punktbestimmung mit elektronischen Tachymetern bei
freier Standpunktswahl, Allgemeine Vermessungs-Nach-
richten 8 [1971],
74
ngt 77