trale hermeting zoveel mogelijk te beperken zijn de
vier grotere dorpen opgesplitst in organisatorisch
acceptabele werkeenheden. Dit betekent bijvoor
beeld dat het kadastrale grensonderzoek voorbereid
wordt in deel V, gemeten wordt in deel IV, geco
deerd in deel III, proefkaartering vervaardigd in
deel II en dat van deel I de definitieve kaartering
gereed is. De definitieve kaartering van de G.B.K.N.
gebeurt op het kaarteerblad of op de gemonteerde
G.B.K.N.
Meting van topografische gegevens waar een groot
schalige fotovlucht heeft plaats gehad maar de
kaartering hiervan nog niet beschikbaar is, roept
twijfels op over een efficiënte werkwijze. Des te
meer omdat er destijds bij het Kadaster nog weinig
ervaring was met de vervaardiging van topogra
fische kaarten van bebouwd gebied. De ervaringen
in Het Bildt wijzen echter uit dat in de naverkenning
van de samengestelde G.B.K.N. weinig metingen
meer verricht worden en dat het dubbel uittekenen
van topografie beperkt is. Bij de fotogrammetrische
uitwerking zijn de gebouwen buiten beschouwing
gelaten.
Bij de meting wordt aandacht besteed aan de inte
gratie van de terrestrische gegevens en de foto-
grammetrie; waar de relatieve nauwkeurigheid van
aldus op twee verschillende wijzen bepaalde terrein
objecten problemen kan opleveren worden extra
detailpunten opgenomen. Zie verder ook onder 6.3.
De naverkenning wordt op enkele kaarten na, zie
ook 6.3 verwerkt op bleekkopieën. Dit is een trans
parante positieve film waarvan het lijnenbeeld afge
zwakt is (gebleekt), aldus kunnen onderscheiden
worden de toegevoegde gegevens uit de naverken
ning. De naverkenning wordt gekaarteerd aan de
voorzijde en geïnkt, te vervallen lijnen worden ver
wijderd.
Van groot belang voor een snelle werkwijze is het
afbeelden van de fotogrammetrische kaartering aan
de achterzijde. Het grote voordeel van het toepassen
van dit tussenprodukt is het kunnen werken in klad,
dit is niet mogelijk op een graveerstabilene die de
definitieve kaart na graveren moet opleveren.
De verwerking van de naverkenning door de teke
naar is een verantwoordelijke activiteit: interpre
teren en beoordelen van de naverkenning en een
zodanige afwerking van de kaart dat bij het gra
veren geen beslissingen meer genomen behoeven te
worden. Voor de kadastrale tekenaar geldt daarbij
het leren tekenen van een topografische kaart.
6.3 Dorpsgebiedrecent kadastraal benneten
De G.B.K.N. en de kadastrale kaart stemmen qua
inhoud in grote mate overeen wat betreft bebouwing.
Alle bebouwing van de hier bedoelde kadastrale
kaarten is overgenomen op de nog na te verkennen
in G.B.K.N.-indeling samengestelde fotogramme
trische kaartering. Zorgvuldigheid ten aanzien van
gebruik van de hermeten kadastrale kaart is ver
eist, in dit geval betreft het hermetingen van onge
veer 1967-1973 uitgevoerd in het R.D.-stelsel.
Gezocht is naar een juiste methode om de kadastrale
bebouwing over te brengen. Voor een klein aantal
bladen is het kadastrale filmplan afgedrukt op de
fotogrammetrische kaartering, verder is toegepast
het kopiëren van het bijblad. Deze werkwijzen heb
ben als voordelen tegenover een methode als digi
taliseren en door een tekenautomaat opnieuw laten
uittekenen, dat de produktielijn erg kort is en in
weinig tijd resultaat oplevert. Een kenmerkend ver
schil tussen de twee gehanteerde werkwijzen is dat
bij het gebruik van het filmplan tevens de kadastrale
grenzen worden afgedrukt. Hoewel in de naverken
ning de kadastrale grenzen een rol spelen, is geble
ken dat het niet gewenst is deze met de fotogram-
metrisch uitgetekende topografie op één kaart af te
drukken. Het lijnenbeeld dient zo overzichtelijk
mogelijk te blijven. Hierbij kan opgemerkt worden
dat bij de fotogrammetrische kaartering de bebou
wing buiten beschouwing blijft.
De naverkenning wordt als volgt uitgevoerd. Van
de te gebruiken hermetingsveldwerken worden foto
kopieën gemaakt voor gebruik in het terrein, verder
beschikt men over een lichtdruk van de bleekkopie.
Indien in de naverkenning blijkt dat de kaartinhoud
onvolledig of onjuist is wordt alvorens tot meting
over te gaan onderzocht of de af te beelden topo
grafie kadastraal opgemeten is.
In vele situaties wordt dit bemoeilijkt, doordat de
kadastrale veldwerken onvolledige informatie geven
over de aard van de kadastrale grens als deze tevens
topografie is en het begin en einde van een schei-
ngt 77
107
