Verslag van het congres Coördinatie Wetgeving Onroerend Goed gehouden op 21 april in het Congresgebouw te Den Haag ngt 77 P. van der Molen Op 21 april 1977 hielden de Stichting Instituut voor Bouw recht, het Nederlands Instituut voor Ruimtelijke Ordening en Volkshuisvesting, het Instituut vcor Bestuurswetenschappen, de Vereniging voor Administratief Recht, de Vereniging voor Agrarisch Recht, de Vereniging voor Bouwrecht en de Neder landse Vereniging voor Geodesie een congres over de coördi natie van de administratieve wetgeving inzake onroerend goed1 in het Congresgebouw te 's-Gravenhage. In een goed gevulde Prins Willem-Alexanderzaal opende minister drs. J. P. A. Gruyters het congres. Welke betekenis heeft de coördinatie van wetgeving voor het regeringsbeleid, zo vrceg hij zich af. Door een geleidelijke uitbreiding van de overheidszorg en het steeds ingewikkelder worden van de vraagstukken waar mede de overheid te maken krijgt, wordt het aantal raak vlakken tussen de verschillende beleidsterreinen steeds groter. De departementen kunnen minder zelfstandig hun beleid uit stippelen en uitvoeren maar ook kan de overheid niet meer los van de lagere overheden te werk gaan. Er is dus zowel ten aanzien van het eerste, als van het tweede aspect een noodzaak tot een gecoördineerd regeringsbeleid. Op rijksniveau tracht men in de ministerraad een regerings beleid te formuleren waarin de onderlinge beleidsterreinen op elkaar worden afgestemd. Meer over zijn eigen beleidsterrein sprekend, zei de minister dat de ruimtelijke ordening geen eigen beleidssector vormt, maar een facet is van de vele andere tol de overheidstaak begrepen beleidssectoren. De taak van een minister van ruimtelijke ordening is dan ook bij uitstek een coördinerende. Ook het bestaan van de Raad voor de Ruimtelijke Ordening uit de ministerraad is gebaseerd op het coördinerende karakter van de ruimtelijke ordening. De Rijks Planologische Com missie is het college dat voorafgaand aan de behandeling in de Raad voor de Ruimtelijke Ordening en in de ministerraad, op ambtelijk niveau een gecoördineerd beleid tracht te formuleren. Om nu de coördinatie van het ruimtelijk beleid een beter kader te verschaffen, hanteert men tegenwoordig de structuur schetsen en de structuurschema's. In de structuurschetsen wordt het algemeen beleid van de Regering uiteengezet, in de structuurschema's wordt het beleid van een bepaalde sector neergelegd. Zo ontstaat een totaalbeeld van het door de regering met betrekking tot een aantal samenhangende terreinen van overheidszorg te voeren beleid. Een gecoördineerd beleid kan echter niet slagen zonder een juiste doorwerking. De Rijks Planologische Commissie heeft zich dit gerealiseerd en heeft twee werkcommissies gevormd waarvan de ene zich buigt over de verticale coördinatie van het ruimtelijk beleid en de andere de vraagstukken bestudeert van de bovengemeentelijke belangen in bestemmingsplannen (met name de toepassing van art. 50 WRO). 1 Zie het Rapport van de Werkgroep Coördinatie Wet geving Onroerend Goed van het Instituut voor Bouwrecht, Kluwer-Samsom 1976, en het Advies van de RARO inzake de planologische besluitvorming op rijksniveau, Staats uitgeverij 1976. 110 De coördinatie van het regeringsbeleid wordt echter bemoei lijkt door het naast elkaar bestaan van verschillende systemen van wetgeving. Het is voor een gecoördineerd regeringsbeleid van groot belang dat er een gecoördineerde wetgeving is, aldus de minister. Daarom is een samenhangend systeem van wetgeving, waarin de verschillende wetten onderling op elkaar zijn afgestemd, hoogst noodzakelijk. Zo'n samenhangend systeem is dan wel geen garantie voor het tot stand komen van een gecoördineerd regeringsbeleid maar het is in ieder geval een vergemakkelijking. Eén van de spelregels die voor de coördinatie van belang zijn, de Planologische Kern Beslissing, maakt deel uit van een wetsontwerp tot wijziging van de Wet op de Ruimtelijke Ordening dat op het ogenblik ter advisering bij de Raad van State ligt. Zowel de structuurschetsen als de structuur schema's zullen de procedure van de PKB doorlopen. Zo wordt voldaan aan de drie kenmerken waaraan volgens de Nota Openbaarheid Ruimtelijke Beleid beslissingen betref fende de ruimtelijke structuur moeten voldoen. Dat zijn interdepartementaal planologisch overleg, overleg met lagere overheden gericht op wederzijdse aanpassing van de plannen, en openbaarheid en inspraak. Al met al kwam de minister tot de conclusie, dat de coördi natie van de administratieve wetgeving inzake onroerend goed van groot belang is voor een gecoördineerd regerings beleid. Maar, waarschuwde hij, hoe belangrijk het wettelijk instrumentarium ook is, van even grote betekenis is de be reidheid en de wil tot samenwerking zowel binnen de rijks overheid als op de verschillende bestuursniveaus. Gebrek aan eenheid van het recht wordt een kwalijke zaak als daardoor de voornaamste doeleinden van het recht niet meer worden bereikt, zo betoogde vervolgens prof. mr. P. de Haan (VU Amsterdam en TH Delft).2 Voor het administratieve recht zijn dat de doeleinden van overheidsbeleid en de rechtsbescherming. Door de huidige, overwegend sectorale, opzet van de administratieve wet geving worden die doeleinden op geen stukken na bereikt. Het overheidsbeleid heeft zich verdiept tot het sturen van hele maatschappelijke ontwikkelingen. Juist deze verbreding en verdieping van de bestuursfunctie roept de behoefte op aan een aantal slechts ogenschijnlijk los van elkaar staande zaken als coördinatie van wetgeving, verticale en horizontale coördinatie van bestuur, complementair bestuur, bestuurlijke reorganisatie van departementen, provincies, gemeenten, waterschappen en p.b.o. lichamen. Horizontale en verticale coördinatie van bestuur is nood zakelijk zowel in organisatorisch, als in procedureel opzicht. Organisatorisch bezien, is het de Rijks Planologische Com missie die een horizontale coördinatie op rijksniveau beoogt. De Provinciale Planologische Commissies beogen horizontale coördinatie op provinciaal niveau en verticale coördinatie tussen Rijk en Provincie. Zo zijn er nog wel meer voor beelden, o.a. in de stadsvernieuwing. De Centrale Cultuur- 2 Redevoering iets verkort afgedrukt in dit nummer van het NGT.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Nederlands Geodetisch Tijdschrift (NGT) | 1977 | | pagina 16