u
r
'Bescfirijxren &-"\feranrteren
ministratieve, juridische, planologische hande
lingen, die er aan vooraf gaan en er op volgen.
4.3 Vakgebieden die criteria verschaffen voor het
geodetisch handelen
Als je iets als geodeet maakt doe je dat in het alge
meen ten behoeve van anderen, en je doet het
meestal met behulp van andere mensen. Je moet dus
rekening houden met de wensen en mogelijkheden
van die ander. Daar kun je naar vragen, maar in
aanvulling op de antwoorden die je krijgt kan je ook
gebruik maken van kennis die door wetenschappe
lijk onderzoek is verkregen. In een ruilverkaveling
kan en moet je aan de direct belanghebbenden
vragen hoe ze hun nieuwe situatie zien (daarom
bestaat er een wenszitting), maar je kan daarnaast
ook kennis nemen van wat deskundigen goed en be
langrijk vinden voor het boerenbedrijf in het alge
meen. Het laatste is in het onderwijs te brengen, het
eerste niet: dat zal je zelf in de werksituatie moeten
uitzoeken. En daarbij zal je ontdekken dat wat des
kundigen beweren wel eens in strijd kan zijn met
wat de belanghebbenden er zelf van vinden, met als
gevolg dat je zelf een keuze moet doen.
In de vorige paragraaf heb ik het gehad over de
doelstellingen van het geodetisch vakgebied. Op het
terrein van de hogere geodesie zal je je metingen
moeten afstemmen op de wensen van o.a. de geo
fysici, op dat van de lagere geodesie op de eisen van
civieltechnici, en op het terrein van de vastgoed
systemen en planologische geodesie moet je reke
ning houden met de wensen van grondeigenaren en
-gebruikers en planologen.
Om een algemeen beeld te krijgen van de verlangens
van die mensen zijn er in de studie colleges opge
nomen over civiele techniek, planologie, economie,
landhuishoudkunde, sociologie, cultuurtechniek. Al
deze vakken verschaffen dus op een of andere ma
nier heel algemene criteria voor de produkten die we
afleveren.
Die produkten komen meestal tot stand door
samenwerking met andere mensen. Ook aan de
manier waarop je zelf werkt en samen met anderen
iets maakt kunnen eisen worden gesteld: econo
mische, sociale, psychologische, ergonomische,
technische. De zuiver vaktechnische aspecten (b.v.
hoe je een meting uitvoert) worden meestal wel bin
nen de technische vakken behandeld, de andere
komen echter in andere vakken aan bod: inleiding
maatschappijwetenschappen, inleiding methodolo
gie, inleiding bedrijfsleer, groepsdynamica, didak-
tiek. Met sommige van deze aspecten kom je in aan
raking in de zgn. projecten in het le, 3e en 5e studie
jaar.
5 Beschrijven en veranderen
Hoe je het ook wendt of keert: het vakgebied van de
geodesie is hoofdzakelijk gericht op de beschrijving
van de aarde en wat daarop voorkomt, niet op
verandering ervan. Alleen de planologische geodesie
heeft verandering tot doel, een van de onderwerpen
uit dit vakgebied is dan ook het ruimtelijk ont
werpen.
De geodeten zijn echter niet steeds beschrijvend
bezig, net zo min als civielingenieurs en bouwkunde-
mensen constant aan het ontwerpen zijn. Want om
te kunnen beschrijven zullen er toch eerst systemen,
instrumenten, werkwijzen moeten worden ontwik
keld, d.w.z. ontworpen en getoetst aan allerlei
eisen. Dit bouwen van gereedschappen moet ge
beuren door geodetisch ingenieurs. Uit allerlei
de criteria uit de
(sociale) wetenschap
o
de criteria van de
l(technischewetenschap]
Afb. 12. Criteria voor het handelen.
MAKEN - met anderen
o
de verlangens
van je mede-werkers
HET PRODUKT
voor anderen
de verlangens
van de klant
Afb. 13. Wat geodeten doen.
ngt 77
175