AFSCHEID VAN IR. R. J. RIENKS VAN DE
AFDELING LANDMETEN EN KARTOGRAFIE VAN
DE DIENST VAN GEMEENTEWERKEN TE
ROTTERDAM - EINDE VAN EEN TIJDPERK
Onderwerp: Labore et Constantia
Op de laatste dag van de maand mei van het jaar 1977 kwam
de afdeling bijeen om afscheid te nemen van haar chef. Daar
bij is aandacht geschonken aan de grote verdiensten van de
heer Rienks voor de afdeling in een lange reeks van jaren die
bepalend is geweest voor de ontwikkeling van de afdeling,
die ongeveer 40 jaren geleden is begonnen.
De Dienst van Gemeentewerken Rotterdam is intussen ge
reorganiseerd en bovendien verhuisd vanuit de vestiging
waar zij in mei 1940 in is getrokken na het bombardement
van de stad, zodat met recht gesproken kan worden van einde
van een tijdperk, reden om hetgeen op de afscheidsbijeen
komst geschetst is in het tijdschrift weer te geven.
Het jaar 1977 is een gedenkwaardig jaar voor de afdeling.
Omstreeks 1937 werd de basis gelegd voor de huidige afdeling
waarbij landmeetkundig werk wordt verricht door personeel
dat een speciale landmeetkundige beroepsopleiding heeft ont
vangen. Dit is nl. begonnen bij de indiensttreding van de
latere prof. H. A. Brouwer eenvoudig doordat prof. dr. ir.
W. Schermerhorn tegen hem zei: „Jij moet naar Gemeente
werken Rotterdam gaan. Daar zitten ze op je te wachten."
Zo begon 40 jaar geleden - aanvankelijk als een onderafde
ling van Bestratingen van de nog ongedeelde technische
dienst - wat nu de afdeling Landmeten, Kartografie en
Reproduktie is.
In 1940 is de heer Rienks na het bombardement van Rotter
dam bij Gemeentewerken zijn loopbaan begonnen. Daarvoor
was hij enige jaren werkzaam bij wat nu de Meetkundige
Dienst van de Rijkswaterstaat heet, gevolgd door enige tijd
bij de Landmeetkundige Dienst van het kadaster te Rotter
dam doorgebracht.
De aanvankelijk bescheiden opzet van de landmeetkundige
activiteiten kreeg door de verschrikkelijke gebeurtenissen in
de stad een veel zwaarder accent.
Met het puinruimen ontwikkelden zich de nieuwe plannen en
tijdens de oorlog was er ruimschoots gelegenheid tot inte
gratie van het landmeetkundig werk, nodig voor de uit en
naast Gemeentewerken ontstane organisatorische eenheden
als Stadsontwikkeling en Wederopbouw en het Havenbedrijf.
Omstreeks 1948 werd de heer Rienks chef van de onderafde
ling Landmeten bij het vertrek van prof. Brouwer naar
Indonesië. Enige tijd daarvoor had hij reeds waargenomen
voor de heer Brouwer toen deze na de oorlog opnieuw in
militaire dienst moest.
Onder zijn leiding is de afdeling waarvoor de basis reeds
gelegd was uiteindelijk gevormd en uitgebouwd tot wat het
nu is. Na een bescheiden begin met enkele instrumenten en
weinig personeel is de afdeling uitgegroeid tot meer dan 150
man personeel met een uitgebreide reeks van instrumenten
voor Rekenkamer, Tekenkamer, buitendienst en voor Karto
grafie en Reproduktie.
Het klassieke meten m.b.v. een meetband is voor een groot
deel vervangen door het gebruik van moderne elektro-
optische apparatuur. De Brunsviga-rekenmachine staat in de
kast, daar gerekend wordt m.b.v. tafelcomputers. Aller
wegen dus verandering in opvattingen, organisatie, hulp
middelen en wat niet al.
In één opzicht is er weinig veranderd.
Dat is de heer Rienks zelf met zijn vastheid en gelijkmatigheid
van karakter en humeur. Een kernachtige typering kan wor
den aangeduid met het beeld en de spreuk voorkomend op
het drukkersembleem van Plantijn, die ongeveer 400 jaren
geleden het door Abraham Ortel(ius) samengestelde karto-
grafische werk als eerste atlas uitgaf.
Het embleem van Plantijn, afgedrukt in vele uitgaven af
komstig van zijn werkplaats en winkel, die hij „De Gulden
Passer" noemde, vertoonde een passer door een hand vast
gehouden, omringd door de spreuk: „Labore et Constantia".
Deze uitdrukking slaat op het bewegende en het vaste been
van de passer, die als kaarteringsinstrument vele eeuwen heeft
dienst gedaan maar thans bijna geheel is verdrongen.
Die spreuk is van toepassing op de heer Rienks.
Het woord Labore betekent inspanning, arbeid, ook wel
werkkracht of werklust. Nu, daar heeft het hem niet aan
ontbroken in de werkstad Rotterdam. Meer dan 40 jaren is
hij actief bezig geweest. Dit wordt uitgedrukt door het be
wegende been van de passer waarmede afstanden worden
uitgezet of maten worden afgepast in een meetlijn bij kaar-
tering. Labore drukt ook uit de werkzaamheid van de afdeling
Landmeten, nu 40 jaren uitgeoefend in vakbekwaamheid.
Het is als het ware de afdeling zelf in al zijn bezigheden.
Constantia, het tweede woord, betekent vastheid, onverander
lijkheid en is verbonden met het tweede been van de passer.
Het typeert tevens de heer Rienks. Ongeveer 30 jaren heeft
hij de afdeling geleid. Wat daarbij veranderde, hij bleef de
chef en als zodanig onveranderlijk op dezelfde post.
Maar het woord Constantia drukt nog meer uit, nl. stand
vastigheid, gelijkmatigheid en vastheid van karakter.
Wie deze woorden hoort, zal zeggen dat door deze aandui
dingen de heer Rienks wordt gekenmerkt. Een grote gelijk
matigheid en evenwichtigheid heeft hij al die jaren ten toon
gespreid en daarbij voor de afdeling een vaste richting waar
heen te gaan uitgezet.
Aan deze Constantia heeft de afdeling zeer veel te danken.
Mede hierdoor is bij de dienst en de gemeente vertrouwen
geschonken in het werk, Labore, van de afdeling.
Labore et Constantia zou de lijfspreuk van de heer Rienks
hebben kunnen zijn en met die woorden wil de afdeling hem
huldigen. Ze horen bij elkaar als de twee benen van een
passer, een symbool dat landmeters stellig zal aanspreken.
Zo hebben vanaf 1940 tot heden de heer Rienks en de afdeling
bij elkaar behoord in het oude Veemarktcomplex.
De heer Rienks legt de ambtelijke arbeid neer. De afdeling
gaat door in een gereorganiseerde dienst in de nieuwe be
huizing aan het Marconiplein, maar zal de Constantia van
de heer Rienks missen.
De directie van Gemeentewerken heeft een reproduktie van
de historische stadskaart van „de Vou" uit 1694 als herin
nering ter beschikking gesteld.
De afdeling hoopt dat, als de heer Rienks thuis nog eens een
blik slaat op het resultaat van het „Labore" van vroegere
landmeters en kartografen, daarbij in herinnering brengt het
„Labore" van hen die werkzaam zijn geweest onder zijn
„Constantia" in een tijdperk dat voor Gemeentewerken in
1940 is begonnen en thans voorgoed is afgesloten.
Een nieuwe periode is aangebroken. Moge de spreuk Labore
et Constantia voor de afdeling nieuwe geldigheid krijgen,
ook al wordt een passer niet meer gebruikt.
W. L. Lievaart
GASTDOCENT OP AFDELING GEODESIE
Gedurende het cursusjaar 1977-1978 zal prof. Albert Z.
Guttenberg, Professor of Urban and Regional Planning aan
de Universiteit van Illinois, als gastdocent aan de Afdeling
der Geodesie van de TH te Delft verbonden zijn.
ngt 77
181