We komen nu automatisch bij de tweede indelings
mogelijkheid nl. die naar mate van welstand te we
ten de top-, midden- en onderlaag. De arme groe
pen in Suriname (de onderlaag) leven onder erbar
melijke omstandigheden. Hun inkomen is laag en
ligt voor de meesten onder de armoedegrens. De
woningen en medische voorzieningen zijn slecht.
Het sociaal isolement is groot, er wordt geen krant
gelezen, geen T.V. gekeken of naar de radio geluis
terd. De geringe perspectieven voor een betere toe
komst leiden tot individualisme en concurrentie,
hetgeen de groepsvorming ook niet ten goede komt.
Al met al is de hele situatie niet erg rooskleurig
voor de onderlaag.
Ook de op dit moment gevoerde politiek biedt wei
nig soelaas voor de armen. De politieke situatie is
daarentegen niet ongunstig voor de economische
machthebbers. De politieke partijen zijn geschoeid
op etnische grondslag. De politieke leiders, dus veel
al ook de leiders van etnische groepen, vinden het
liberale systeem van ondernemingsgewijze pro-
duktie een goed systeem voor Suriname. Ze wor
den gesteund door de economisch machtigen en
door hun etnische groep. Een politieke leider pro
beert bij de verkiezingen via reclame etc. zoveel
mogelijk stemmen te winnen. Komt hij in een mach
tige positie dan bevoordeelt hij enkele van zijn
„cliënten". Deze „cliënten" zijn hier blij mee want
hun nood is hoog, maar fundamenteel verandert er
niets. De ware problemen, de armoede van een
grote groep, komen niet aan de orde. De politieke
partijen belemmeren, mede door hun etnische grond
slag, een mobilisatie van alle armen. Dit laatste nu
is belangrijk, want dan pas kunnen de ware pro
blemen, de armoede en niet 't Hindostaan of Creool
zijn, aan 't licht komen.
Over de economie nog 't volgende. De sectoren die
bijdragen aan het Bruto Binnenlands Produkt zijn
in afnemende mate van importantie: mijnbouw,
voornamelijk bauxiet, overheid en overige diensten,
handel en transport, landbouw, veeteelt en visserij
en de bosbouw en houtbewerking. Bij al deze sec
toren maar vooral bij de bauxiet is er een grote
mate van buitenlandse invloed. Er stroomt hier
door meer geld het land uit dan er wordt ingestopt.
Men (Suriname) is afhankelijk van de buitenlandse
know-how, het buitenlandse kapitaal, het manage
ment en de technologie. Zonder buitenlandse be
drijven zal er maar weinig geproduceerd worden. De
factoren die Suriname zelf niet kan inbrengen haalt
ze uit het buitenland. Dit gebeurt door 't verlenen
van belasting- en invoerfaciliteiten, het uitvoeren
van infrastructurele werken, het leveren van grond
stoffen en het afsluiten van gunstige overeenkom
sten. Het buitenland is mede hierdoor goed geves
tigd in Suriname en dat nu doet een neo-koloniale
situatie ontstaan. De ontwikkeling tot nu toe heeft
de armoede van een grote groep nog niet opgelost.
Een vreemde zaak misschien, gezien de vele bodem
rijkdommen.
Meningen en wensen
De meningen van de door ons gelezen schrijvers
komen er veelal op neer dat de ontwikkeling van
Suriname tot nu toe niet doeltreffend is geweest.
De in Suriname gevolgde ontwikkeling steunt op de
zgn. „neo-kapitalistische ontwikkelingsstrategie".
Vïux
ngt 78
3