COMMISSIE 6 (ENGINEERING SURVEYS) In de periode 7 t/m 13 juni 1977 werden door commissie 6 van de FIG 12 zittingen gehouden, waarop in totaal ruim 60 rapporten werden behandeld. Drie zittingen werden gemeenschappelijk gehouden met an dere commissies, waarvan één met commissie 5, één met 7 en één met de commissies 2, 4 en 5. Het taakgebied van commissie 6, dat aangeduid kan worden met ingenieursmetingen vertoont veel overeenkomst met dat van de commissies 4 en 5, terwijl binnen commissie 6 de werkzaamheden van de verschillende studiegroepen ook nog wel enige gelijkenis bezitten. De toepassingsgebieden ver schillen echter. Commissie 6 werd geleid door L. Hallermann (W.-Duitsland) als president, die werd bijgestaan door J. van den Berg (Zweden) als vice-president en N. Kalischewski (W.-Duits land) als secretaris. De op het congres behandelde papers en rapporten gaven een beeld van de ontwikkelingen op het gebied van de inge nieursmetingen sinds het FIG-congres in Washington. Zo blijken er weer nieuwe instrumenten ontwikkeld te zijn, waar bij instrumenten, die eerst slechts voor bijzondere toepassin gen vervaardigd waren, nu als serieprodukt gefabriceerd worden, zoals hydrostatische waterpassystemen. Verder werd de toepassing van laser voor bijvoorbeeld de realisatie van referentievlakken of ten behoeve van alignering verfijnd. Voor de ingenieursmetingen zijn er tevens opgaven bijgeko men als gevolg van de oliewinning op zee, zoals de positie bepaling van booreilanden en het uitzetten en controleren van de constructies. De papers waren over de verschillende zittingen verdeeld overeenkomstig de indeling van de verschillende studie groepen. In het hiernavolgende zal op de verschillende studie groepen worden ingegaan. Studiegroep A: „Toleranties in de bouwconstructies en nauwkeurigheid van uitzettingen". Voorzitter: J. van den Berg (Zweden). Dit is een gemeenschappelijke studiegroep van de FIG en de C1B (In ternational Council for Building Research). Bij de ingenieurs metingen wordt in de meeste gevallen samengewerkt met andere disciplines, waarbij het vraagstuk van de noodzake lijke nauwkeurigheden en toleranties steeds groot is. Men tracht hier iets aan te doen door het formuleren van normen. Daarbij wordt intensief samengewerkt met de ISO (Inter national Organisation for Standardization). Studiegroep B: „Grondverzetberekeningen (digitale terreinmodellen)". Voorzitter: Kochen (W.-Duitsland). De studiegroep ont plooit weinig activiteiten en heeft in Stockholm een zitting gehouden buiten het congresprogramma om, ten einde zich te bezinnen op de toekomst. Studiegroep C: „Deformatiemetingen en automatisering van het meet proces". Voorzitter: Platek (Polen). Deze studiegroep heeft in 1975 in Crakow (Polen) een inter nationaal symposium georganiseerd over deformatiemetin gen met behulp van geodetische methoden. Daarna kwam de groep nogmaals bijeen in Darmstadt (W.-Duitsland) tijdens de Internationale Kurs für Ingenieurmessungen hoher Prazision. De studiegroep houdt zich bezig met de ontwikkeling van de waarnemingstechniek, de vereffening van netwerken en de analyse van de stabiliteit der referentiepunten en de statis- tisch-geometrische interpretatie van de vastgestelde verschui vingen. In het kader van deze studiegroep hield Van Mierlo een voordracht over „Systematic investigation on the sta bility of control points", waarin hij veel aandacht schonk aan het begrip betrouwbaarheid, waar, zoals tijdens de dis cussie bleek, nog wel wat spraakverwarring over bestaat. De terrestrische fotogrammetrie blijkt steeds meer ten be hoeve van deformatiemetingen te worden gebruikt. Studiegroep D: „Leidingenkadaster". Voorzitter: Kollar (Tsjechoslowakije). In de voordrachten werd veel aandacht geschonken aan de opbouw van een leidingenkadaster en aan methoden om de positie van leidingen op te meten. De bijhouding geeft de meeste problemen, uiteraard in gebieden, waar de mutatie frequentie hoog is. Hier tracht men door gebruik te maken van interactieve grafische systemen een oplossing te vinden. Studiegroep E: „Gyrotheodolieten en hun toepassingen". Voorzitter: Halmos (Hongarije). Deze studiegroep werd in 1971 (op het FIG-congres te Wies- baden) toegevoegd aan commissie 6 en sinds die tijd is er veel aandacht geschonken aan de gyrotheodoliet. Na Washington kwam de studiegroep nog bijeen in 1975 in Kosice (Tsjechoslo wakije) en in 1976 tijdens een internationaal Symposium in Brno (eveneens Tsjechoslowakije). Het in 1973 geformuleerde doel, het construeren van een gyrotheodoliet, waarmee een precisie van ±1" kan worden gehaald, is nog steeds niet be reikt. Hongarije en Canada hebben de krachten gebundeld, wat geresulteerd heeft in de ontwikkeling van de „Gymo", waar mee een precisie gehaald kan worden van ±3". Resoluties Commissie 6 nam de volgende resoluties aan: - studiegroep A: Het gemeenschappelijke werkterrein van de civiele techniek en de landmeetkunde dient te worden uitgediept. - studiegroep B: De huidige wiskundige interpolatiemetho den moeten bestudeerd worden in nauwe samenwerking met specialisten van andere disciplines, in het bijzonder met de ISP (International Society of Photogranimetry). - studiegroep C: Het versterken van methoden ter bepaling van deformaties. - studiegroep D: Het opstellen van een algemeen schema van mogelijke oplossingen voor het tot stand brengen van een leidingenkadaster, en het ter beschikking stellen van dit schema aan alle leden van de FIG. - studiegroep E: Onderzoek naar het optimale gebruik van een gyrotheodoliet met een zeer hoge precisie. De onder steuning van de ontwikkeling van een gyrotheodoliet, die in een zeer korte tijd de noord-richting levert. J. Denekamp COMMISSIE 7 (CADASTRE AND RURAL LAND MANAGEMENT) Commissie 7 (Cadastre and Rural Land Management) maakt deel uit van groep C (Land Administration). Tot deze groep behoren ook de commissies 8 en 9, resp. voor „Urban Land Systems (Town Planning and Development)" en „Valuation and Management of Real Estate". Het „Office International du Cadastre et du Régime Foncier (OICRF)," een te Apel doorn gevestigd bureau, dat weliswaar onder verantwoorde lijkheid van commissie 7, maar zeer zelfstandig werkt, is eveneens in groep C ondergebracht. De technische zittingen begonnen met een gecombineerde zitting van de commissies van groep C. Het Zweedse lid van commissie 7, prof. G. Larsson, sprak in zijn „keynote address" over „Land information systems" als basis voor ontwerpen en waardebepaling. Hij is voorstander van het 32 ngt 78

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Nederlands Geodetisch Tijdschrift (NGT) | 1978 | | pagina 12