ware" voor de beeldverwerking nog steeds te prijzig voor beperkte of incidentele toepassingen. 4. Interactieve systemen zijn in dit verband van veel waarde, zoals ook b.v. in het duitse interactieve digitale beeld verwerkingssysteem Dl BIAS (voordrachten van P. No- wak en K. A. Ulbricht; DFVLR, Overpfaffenhofen, West-Duitsland). 5. Er werd nadruk gelegd op de temporele aspecten ten gunste van verbetering van de objectclassificatie of ten behoeve van het opsporen of meten van veranderingen („change detection"). Het gebruik van remote sensing gegevens van verschillende data vereist een gedegen aan pak van de geometrische problemen als het gaat om ge hele beelden waarbij pixel-identificatie een centrale rol speelt. (Voor kleine gedeelten van corresponderende beelden kan daarentegen veelal met automatische „cross-correlation" worden volstaan). 6. Verschillende voordrachten behandelden wiskundige modellen voor de digitale beeldcorrelatie van opeen volgende beelden (o.a. fotogrammetrische parallax- berekeningen van luchtfoto's) of van ongelijktijdige beelden van hetzelfde terreinobject. Dit is een breed studieveld met een sterk mathematische en statistische grondslag. Geometrische correcties zijn meestal nodig voor kwan titatieve vergelijking van scannerbeelden, zoals in „change detection". Een dynamisch paspuntensteisel ten behoeve van de image mappingvan afzonderlijke scannerbeelden en de image registration" van twee of meer niulti-date scannerbeelden werd voorgestaan door W. M. Göpfert (T.U. Darmstadt). Door H. P. Biihr (T.U. Hannover) werd het belang on derstreept van fotogrammetrische oplossingen voor de geometrische analyse en correctie van een viertal typen opnamen van hetzelfde gebied (gebruikelijke luchtfoto, Hasselbladfoto, scannerstrip, Landsatbeeld). Hij stelde dat alleen op deze wijze de verschillende infor matiebronnen tot een gezamenlijke beeldinterpretatie kunnen leiden. W. Schneider en H. Hruska (firma SPACETEC te Wenen, verbonden met Schreiner Luchtvaart Groep B.V. te Den Haag) toonden voorbeelden van MSS-verwer- king op faciliteiten, ontwikkeld in samenwerking met de Technische Universiteit van Wenen. Hiermee kan men niet alleen de beeldinhoud classificeren maar ook een beeldmozaiek vervaardigen van elkaar overlappende MSS-stroken; meetkundige vervormingen die inherent zijn aan de opname-instrumentatie worden gecorrigeerd met betrekking tot een bestaande (topografische) kaart of orthofoto van het gebied door middel van het systeem GOBI. De commerciële beschikbaarheid in Europa van de mogelijkheden van SPACETEC is toe te juichen. 7. Naast de meetkundige (geometrische) rectificatie van beelden zijn ook stralingscorrecties van eminent belang. Voor de radiometrische vervormingen, die hun oorzaak vinden in ondermeer de instrumentele gevoeligheids veranderingen, het effect van de opnamehoek (scan angle) en de variabele samenstelling van de atmosfeer, werden verschillende methoden aangegeven om de invloed op de beeld-interpretatie te verminderen. J. van Kuilenburg (Utrecht) maakte gewag van een ver gelijkend onderzoek van 8 voorbewerkingsmethoden preprocessingvan niultispectrale beelden ten behoeve van een kaartering van het landgebruik. Het gebruik van verhoudingen van spectraalbanden gevolgd door een hoofdcomponententransformatie (PCT) leverde in zijn onderzoek-voorbeeld een geslaagde „feature enhance ment" en tegelijk een data reduction" 8. De automatische lijndetectie zoals door L. Montoto (Madrid) werd toegepast op de herkenning van het stroomstelsel van een rivier uit Landsatbeelden, leek nog weinig overtuigend te zijn in vergelijking met een ver moedelijk evengoed of zelfs handiger uit te voeren (visuele) beeldinterpretatie. 9. Behalve het benutten van het reeds genoemde temporele aspect van remote sensing opnamen blijkt nog steeds gezocht te worden naar de mogelijkheid van het ge bruik van spatial data" (zoals object texture) naast de classificatiemethoden met behulp van louter spectrale informatie. Tot op heden worden weinig bevredigende resultaten ge boekt (O. Kölbl, Zwitserland; H. Burger, Berlijn). Even wel een interessant instrument („IRIS") voor de scan ning van beelden met een hoge precisie werd voorge steld door N. Aslund, Stockholm. Het instrument digi taliseert beelden d.m.w. een snelle aftasting volgens een rasterpatroon en waarin niet het beeld maar een prisma in het optische gedeelte beweegt. Het instrument zou onder meer geschikt zijn voor texture analysis", b.v. van individuele bomen op multi-spectrale beelden. Een ander gebruik van ruimtelijke gegevens werd ge presenteerd door D. G. Goodenough (Canada). Door hem werd de beschikbare spatial information" (de waar schijnlijkheid dat aangrenzende pixels significant ge correleerd zijn) betrokken in het automatische classifi catiesysteem. Door middel van een rekenkundige „gra diënt operator" worden allereerst homogene gebieden of velden met hun begrenzingen opgespoord. Dan vindt de classificatie plaats op grond van de veldgemiddelden en de (co)varianties van de spectrale waarnemingen in dat veld. Uit experimenten bleek dat er minder classificatie- fouten werden gemaakt, vooral aan de randen van de objectvelden. 10. In Duitsland (franse pogingen daartoe waren al bekend) wordt gewerkt aan de ontwikkeling van een nieuw type multispectrale scanner (voordracht van O. Hoffmann, MBB GmbH, München), waarin de spiegelrotatie is vervallen en de registratie van de straling van het terrein wordt uitgevoerd door Charge-Coupled Devices (CCD), dat zijn halfgeleider-sensoren met hoge resolutie die in een groot aantal in een rij geplaatst zijn. Warmtebeelden kunnen evenwel hiermee nog niet worden vastgelegd (gevoeligheidsbereik 0,4ij.m tot 1.5[xm van huidige CCD). Op geometrisch gebied heeft een zodanige rij sensoren voordelen maar er zijn nog problemen met de con structie van het optische systeem en met de stabilisatie (m.b.t. trillingen en oriëntatie) en de onderlinge ge voeligheidsvariaties van de grote aantallen sensoren in deze „linear arrays". Bovendien is voor elke spectraal- band een eigen rij sensoren nodig. 11. In het keynote address werd eveneens een goede toe komst voorspeld voor de multispectrale CCD's door Bernstein (U.S.A.). Ook het algemene gebruik van SAR (Synthetic Aperture Radar) lag in de lijn van zijn verwachting. Op het gebied van registratiemogelijkheden en computergeheugen wees hij op de hoge capaciteit van CCD, Bubble Memory en Read/Write laser. In de toekomst is volgens Bernstein al tijdens de opname een „on-board preprocessing" en een „on-board infor mation extraction" te verwachten. 12. De vraag hoe remote sensing gegevens gelocaliseerd kun nen worden op bestaande (kadastrale )kaarten, werd door Dubuisson (Frankrijk) beantwoord met een ingelaste voordracht over de inzet van het franse Trident-radio- plaatsbepalingssysteem bij de opname. De positie van het vliegtuig ten opzichte van 3 of 4 grondstations wordt doorlopend gemeten. Kaarteringen 36 ngt 78

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Nederlands Geodetisch Tijdschrift (NGT) | 1978 | | pagina 16