- meterteller
- aangepaste deur van de bestuurder
- waarschuwingslamp.
De deur van de bestuurder is uitgezaagd zodat van
uit de auto de straatpot op de grond gezet en met
de hamer vastgeslagen kan worden. Tijdens het
rijden worden baak, straatpot en hamer aan de
deur opgehangen.
De straatpot rust op drie cilindervoetjes met een
doorsnede van 5 cm, elk in het midden voorzien van
een spijker van 6 a 8 mm. Twee verticale staafjes
zorgen voor de geleiding van de hamer tijdens het
vastslaan van de pot.
Het ophang- en instelmechanisme van de baak
maakt mogelijk: het opzetten van de baak op de
straatpot, het draaien en het loodrecht stellen van
de baak. De baak is door een kogelgewricht
verbonden met het mechanisme. Door losdraaien van
twee vleugelmoertjes ontkoppelt men de baak van de
ophanging.
Instrument
Het instrument is een wezenlijk element van de
methode.
In principe kan voor deze methode elk waterpas
singsinstrument worden gebruikt. Niet elk instru
ment geeft echter een gunstige economische oplos
sing. Zeiss Jena heeft de speciale wensen van de
gemotoriseerde nauwkeurigheidswaterpassing in het
Fig. 2. De instrumentwagen tijdens de meting
Fig. 3. Statiefvoet
Fig. 4. Vloer achterbak instrumentauto met gaten voor
statiefpoten
Fig. 5. Elektronische calculator met printer, op het dash
board de meterteller
ngt 78