te stemmen. Een goed voorbeeld hiervan is de landbouw die steeds meer te maken krijgt met aanspraken vanuit andere beleidssectoren, zoals volkshuisvesting, recreatie en natuur behoud. De eerste pao-cursus van de LH „ruimtelijk beleid" is vooral bedoeld voor hen die 5 jaar (of langer) geleden afge studeerd zijn aan de LH en in het algemeen tijdens hun studie minder aandacht aan het vakgebied van de planologie hebben gegeven en nu in hun werk actief met het ruimtelijk beleid te maken krijgen. Het doel van deze cursus is de deelnemers een globaal inzicht te geven in de achtergronden van de ruimtelijke problematiek en in de wijze waarop het ruimtelijk beleid tot stand komt. Middelen om het doel te bereiken zijn: hoorcolleges, op een tweetal dagen een discussie-avond (met inleiders en genodig den) en een excursie (4e dag) naar de gemeente Nieuw- Ginneken. Hierbij zal de aandacht vooral op het landelijk gebied ge richt zijn. Aan de orde zullen komen: - nieuwe ontwikkelingen in de ruimtelijke planning, maat schappelijke achtergronden; - wetgeving en andere instrumenten, horizontale en verticale beleidscoördinatie - de relatie landinrichting en ruimtelijke ordening; - stad en stadgewest in verhouding tot het platteland; - de betekenis van diverse plannen; - de betekenis van rijksnota's. Inhoud 1.1. Algemene inleiding. Prof. ir. W. J. G. van Mourik, LH. 1.2. Theoretische achtergronden en onderzoeksmethoden in relatie tot het object van de ruimtelijke planning. Ir. F. Kleef- mann, LH. 1.3. Maatschappelijke ontwikkelingen in landelijke gebie den, nu. Dr. ir. A. P. C. Kerstens, Landinrichtingsdienst. 1.4. Maatschappelijke ontwikkelingen m.b.t. de landelijke gebieden in de toekomst. Drs. A. J. Jansen, LH. 2.1 en 2.2. Bestuur en wetgeving Mr. W. Brussaard, RPD. 2.3. Ruimtelijke ordening en het onderzoek met betrekking tot ruilverkaveling en landinrichting. Dr. ir. H. N. van Lier, LH. 2.4. Ontwikkelingen in de verhouding ruimtelijke ordening landinrichting in de huidige praktijk. Ir. N. H. A. Greve, Landinrichtingsdienst. 3.1. Ontwikkeling van de ruimtelijke visie op West-Brabant. Ir. H. Teerink, RPD. 3.2. Ontwikkelingen in West-Brabant en de consequenties voor het landschap. Prof. dr. ir. F. M. Maas, TH Delft. 3.3. Stadsgewestelijke ontwikkelingen bekeken op drie hoofdthema's. Mevr. drs. T. de Boer, LH. 3.4. Het overgangsgebied tussen stad en platteland (stads- randgebieden). Ir. G. A. Sparenburg, LH. 4. Het landschapsonderzoek voor het bestemmingsplan buitengebied van de gemeente Nieuw-Ginneken. Ir. J. Kuiper, Bur. Snelder B.V. Aantal deelnemers en kosten Aan de cursus kunnen maximaal 40 personen deelnemen. De cursuskosten bedragen ƒ350,per persoon. Daarin zijn be grepen de kosten voor syllabussen, lunches, koffie/thee en de excursie. Niet daartoe behoren de overige verblijfskosten en de reiskosten. Inlichtingen Inlichtingen worden verstrekt door het Bureau PAO-LH, Salverdaplein 10, Wageningen, telefoon 08370-83792/83795. Aanmelding vóór 3 juli a.s. NIEUWE WET VERVREEMDING LANDBOUWGRONDEN MOET GRONDPRIJZEN BETEUGELEN Minister Van der Stee (landbouw en visserij) heeft 12 mei jl. een nota betreffende de Wet vervreemding landbouwgronden met een voorontwerp van een algemene maatregel van bestuur betreffende de toetsingscriteria bij vervreemding van land bouwgronden, aan het Landbouwschap gezonden. De bewindsman verzoekt binnen één maand over deze zaak advies uit te brengen aangezien het in de bedoeling ligt het wetsontwerp nog dit najaar de Tweede Kamer aan te bieden. Minister-president Van Agt had in de regeringsverklaring van 16 januari jl. reeds aangekondigd: „Een wet tot regeling van de landbouwkundige toetsing bij overdracht van landbouw gronden wordt in voorbereiding genomen. Overwogen wordt voor daartoe speciaal aangewezen gebieden een voorkeurs recht voor de Stichting Beheer Landbouwgronden in te stellen." Voorts worden in het regeerakkoord van 26 november 1977 de volgende elementen ten aanzien van het agrarische grond beleid aangegeven. Landbouwgrond is in ons land heel schaars. Daarbij komt dat landbouwbedrijven een oppervlakte ter beschikking moeten hebben die in redelijke mate een gemechaniseerde bedrijfsuitoefening mogelijk maakt. Dit maakt het gewenst de overdracht van landbouwgronden te onderwerpen aan een stelsel van landbouwkundige toetsing naar criteria die passen in een goed agrarisch structuurbeleid, aldus het regeer akkoord. Verwacht kan worden dat de invoering van een systeem van landbouwkundige toetsing tot gevolg zal hebben dat de stijging van de prijzen van landbouwgrond in belangrijke mate wordt afgeremd. Mocht na verloop van tijd, nadat vastgesteld is kunnen wor den welke gevolgen de nieuwe wet voor de prijsontwikkeling heeft, blijken dat de prijzen van landbouwgrond niettemin zo zouden stijgen dat de agrariërs daardoor in ernstige pro blemen komen, dan zullen andere beleidsmaatregelen worden overwogen. Systeem van de wet Er zal dus een wet tot stand dienen te komen die de landbouw kundige toetsing regelt. Deze Wet vervreemding landbouw gronden zal tevens het in de regeringsverklaring aangekon digde voorkeursrecht regelen. Het stelsel van de landbouw kundige toetsing van overeenkomsten tot vervreemding van landbouwgrond gaat in beginsel uit van een voorkeurspositie voor agrariërs die aan de criteria voldoen. Er kunnen echter omstandigheden zijn, dat deze voorkeurspositie op gespan nen voet raakt met andere belangen. Daarom is voorzien dat in aan te wijzen gebieden een voorkeursrecht voor een bureau beheer landbouwgronden wordt ingesteld. Dit be tekent dat degene die in zo'n gebied grond wil vervreemden zich eerst tot het bureau moet wenden. Indien het bureau geen gebruik maakt van het aanbod, gelden weer de normale regels van de landbouwkundige toetsing. Op deze wijze wordt voorkomen, dat het beoogde effect van de landbouwkundige toetsing teniet wordt gedaan door concurrentie tussen agrariërs en dit bureau. Met betrekking tot de inhoud van de wet bestaan de volgende voornemens: Kern van de landbouwkundige toetsing vormt de noodzakelijke goedkeuring door de grondkamer van over eenkomsten tot vervreemding (eigendomsoverdracht en be zwaring met zakelijke rechten) van land. De goedkeuring wordt slechts verleend, indien degenen die de overeenkomst sluiten en het land waarop de overeenkomst betrekking heeft, voldoen aan de vereisten van de landbouwkundige toetsing. Beroep hierover staat open bij de Centrale Grondkamer. 94 ngt 78

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Nederlands Geodetisch Tijdschrift (NGT) | 1978 | | pagina 20