Fig. 4. Gegevensopslag
vormen, maar ook bij de presentatie, waarbij ieder
gebied met een bepaald symbool - bijvoorbeeld een
arcering - moet worden voorgesteld. Daartoe wor
den die gebieden ook als bestandselementen opge
slagen. Het bezwaar daartegen is, dat alle grens
lijnen tweemaal in het bestand voorkomen, omdat
voor de positiebeschrijving van twee naastliggende
gebieden de grenslijn tweemaal nodig is (uiteraard
met uitzondering van de buitenste grenslijnen van
alle beschouwde gebieden). In vergelijking met de
reeds besproken sequentiële bestanden zijn deze
bestanden vrijwel tweemaal zo groot, terwijl ze toch
dezelfde gegevens in coördinaten bevatten. Daarbij
komt nog dat, door de onnauwkeurigheid van het
digitaliseren, het nogal lastig is om twee lijnstukken,
die hetzelfde deel van een grens tussen twee gebieden
voorstellen, als dezelfde te identificeren, zodat topo
logisch gebruik van de data set vrijwel onmogelijk is.
Om tegemoet te komen aan het probleem van dub
bele opslag en een beter topologisch gebruik moge
lijk te maken, wordt wel een puntnummerings-
systeem toegepast (Engels: „point dictionaries").
Daarbij worden twee data sets vervaardigd: één
met de coördinaten en het volgordenummer van elk
punt (elk punt komt slechts éénmaal voor in dit
bestand) en één met de benaming van elk element
(gebied), gevolgd door de puntnummers van de op
eenvolgende punten, die de gebiedsgrens beschrijven.
Dit wordt ook toegepast in het Systeem Detail
meting 76 [Polman, NGT 1977]. Om een snelle
verwerking van de gegevens te bewerkstelligen is
een random access in de coördinaten-data-set ver
eist. Doordat voor de puntnummers gehele getallen
(„integers") kunnen worden gebruikt - dit in tegen
stelling tot coördinaten, waar een decimale punt in
voorkomt („reals") - kan een extra ruimtebesparing
in de opslag worden verkregenintegers nemen over
het algemeen minder ruimte in beslag dan reals.
Topologisch gezien bieden point dictionaries veel
meer mogelijkheden dan de area boundary lists,
omdat via een uniek puntnummer gezocht kan
worden naar buurfuncties.
IV.3 Segmentbestanden
Uitermark [NGT I976] geeft een overzicht van de
verschillende segment-georiënteerde bestanden
DIME (van het U.S. Bureau of Census), Polyvrt
(University of Harvard, Laboratory for Computer
Graphics and Spatial Analysis), CGIS (Canadian
Geographic Information System) en het ontwerp
systeem van de U.S. Geological Survey. Ik wil hier
niet ingaan op de specifieke oplossingen van elk
systeem afzonderlijk, daarvoor raad ik u het artikel
van Uitermark aan, maar slechts het principe aan
geven van dit soort bestanden. Daarvoor zijn enkele
begrippen noodzakelijk (zie figuur 5):
- Een segment is een samenstel van lijnen die een
serie opeenvolgende punten verbinden. Een seg
ment scheidt twee naastliggende gebieden van
elkaar en krijgt de omschrijving van de naast
liggende gebieden mee. Indien de omschrijving
van een segment verandert, ontstaat een nieuw
segment. Een segment kan dus niet door een ander
segment doorsneden worden!
- In de DIME-bestanaen bestaat een segment uit
slechts twee punten (begin- en eindpunt): in de
andere systemen kan een segment meerdere
(knik-)punten bevatten en heet ook wel ketting
(d.w.z. een ketting van segmenten zoals die in de
139
Sequential file
x6,y6,x7,y7,
x9'Y9,xio,Yio,xn
a-x,d-x
12'
X35'Y35'X34,Y34'X33'Y33'
D» YAI
X- tY,
2' 2
X1 ,Y1 'X29,Y29'X28,Y28'
7,Y27,X2fi,Y2fi,X2'
4'Y24'X2
A21'Y21'X17'ln,A16',16'
'20,Y20,X23,Y23
Point Dictionary
NLj 2,3,4,5,6,7,8,9,10,11,12,13,14.15,35,34,33,32,31,30
B, 1,2,30,31,32,33,34,35,15,16,17,21,22,23,24,25,25,27,28,29
L{ 17,18,19,20,23,22,21
Location List
KLlX2iY2iX3iY3iX4iY4iX5iT5ix6'Y6'X7'Y7'X8'Y8'X9'Y9,X10,X10'x1l 'Y11
X12'Y12*X13'Y13'X14'Y14,X15'Y15'X35'Y35,X34,Y34,X33'Y33'X32'Y32*
X31 |Y31 ,X30,Y30
B |X1iy1.y2.y2iX30'Y30'X31,Y31'X32,Y32'X33'Y33'X34'ï34,X35,Y35'
X15'Y15,X16'Y16'X17'Y17'X21'Y21,X22'Y22,X23'Y23'X24,Y24'X25'Y25'
X26'Y26'X27,Y27'X28|Y28,X29'Y29
L (X1^fY1^,X1QlY1QIX1^tY1gIX2oiY20»X23»Y23»X22»Y22»xl1tY21
ngt 78