De computer-hardware is drastisch veranderd; de probleemstelling is van een andere aard, orde van grootte en complexiteit, de algemene bekendheid met het verschijnsel computer neemt steeds meer toe. Kortom, de taken zijn anders, de middelen zijn veranderd, de gebruiker is veranderd. De kans dat het samenspel van deze drie componenten dan geen verandering ondergaat is zo klein dat men dit niet zonder meer aan mag nemen. Conclusies en aanbevelingen In de voorafgaande paragrafen is getracht een beeld te geven van het complexe gebeuren waarin de com puter geïntegreerd moet worden. Voor een deel volgt deze complexiteit uit de aard van vastgoedsystemen, voor een ander deel uit het automatiseringsproces. Welke conclusies zijn hieruit te trekken voor de automatisering van vastgoedsystemen en welke aanbevelingen kunnen gedaan worden? Als uitgangspunt is genomen dat automatiseren meerwaarde moet hebben boven niet automatiseien. Het gaat per slot van rekening over het aanpassen aan gewijzigde omstandigheden, zij het op het ge bied van probleemstelling, zij het op het gebied van beschikbare middelen. De voorwaarde die hier rechtstreeks uit volgt is dat elk stukje automatisering een minimum levensduur moet hebben om de inspanningen die het gekost heeft te rechtvaardigen. In de loop van dit artikel zijn een aantal zaken genoemd die deze minimum levensduur bedreigen; Omstandigheden aan het eind van het automatiseringsproject zijn niet meer dezelfde als aan het begin. Er moet op toekomstige ontwikkelingen geanticipeerd worden zowel wat de taak van het vastgoedsysteem in zijn omgeving be treft, als de ontwikkeling van de computertechniek. Het kan geen kwaad hierbij ook oog te hebben voor de sociale gevolgen van een en ander. Met andere woorden primair moet er een toekomst visie bestaan ten aanzien van het vastgoedsysteem met daarvan afgeleid een automatiseringsstrategie. Het verschil tussen een strategie en een plan is dat bij de eerste de uit te voeren stappen voorwaardelijk geformuleerd zijn, met alternatieven. Naarmate men verder vooruit wil zien wordt de uitkomst onzekerder. De nadelige gevolgen van deze onzekerheid kan men op een aantal manieren trachten te minimaliseren: a. Door de projecten zo in te richten dat de beslis singen die de grootste risico's inhouden zo laat mogelijk genomen worden. b. Door de tijd waarover een automatiseringspro ject zich uitstrekt, zo klein mogelijk trachten te houden. Beide punten worden beïnvloed door de wijze waar op het automatiseringsproces gestructureerd wordt. Bij punt a is deze invloed rechtstreeks, bij punt b indirect zoals hierna wordt toegelicht. De tijd die verloopt voordat een computertoepassing haar be staansrecht kan gaan bewijzen bestaat uit de tijd die nodig is voor de technische implementatie en de tijd die nodig is voor de sociaal-psychologische accep tatie. Bestaat de eerder genoemde toekomstvisie, dan is het mogelijk om beide activiteiten gelijktijdig te laten verlopen omdat zij binnen deze visie geco ördineerd zijn. Dit levert de eerste tijdwinst op. In het verloop van dit artikel is gesteld dat er een correlatie bestaat tussen de complexiteit van het automatiseringsproces en de implementatie-tijd. Deze complexiteit doet zich op het technische als wel op het organisatorische vlak voor. Verdere tijd winst kan verwacht worden als men erin slaagt het complexiteitsniveau te verlagen door een juiste structurering van het automatiseringsgebeuren. Wil men het complexiteitsniveau verlagen dan moet deze structurering tot gevolg hebben dat het aantal dwarsverbanden en onderlinge beïnvloeding tussen de brokstukken geminimaliseerd wordt, althans sterk afneemt vergeleken met de eerder geschetste situatie. Slaagt men hierin dan snijdt het mes aan twee kanten: Het automatiseringsproces op zich wordt eenvoudiger, en heeft meer kans van slagen. Bovendien grijpt de invloed van noodzakelijke aan passingen niet zover om zich heen, waardoor minder werk overgedaan moet worden. De vraag is nu of er zulke lijnen van minimale invloed in het automa tiseringsgebeuren aan te wijzen zijn? De scheidingslijnen die zich bij elke computertoe passing van nature aanbieden zijn die tussen ma chine, programmatuur en data. Een analoge struc tuur dient zich binnen een organisatie aan: de men sen en middelen, de procedures en de taken. 172 ngt 78

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Nederlands Geodetisch Tijdschrift (NGT) | 1978 | | pagina 16