In memoriam J. F. Greve
Op 27 juli jl. overleed onze vriend en oud-vakgenoot
Jan Frederik Greve op de leeftijd van 85 jaar. Met
grote dankbaarheid gedenken wij hem die door zijn
trouw, oprechtheid en behulpzaamheid voor ons zo
veel heeft betekend.
Jan werd geboren op 31 mei 1893 te Dwingelo en
bezocht daar de lagere school. Omdat hij bijzondere
aanleg toonde voor het vak „rekenen", werd hij
door het hoofd der school voorbereid voor het toe
latingsexamen van de kweekschool voor onder
wijzers te Deventer, de school, die in den lande
bekend stond als de „zware-wiskunde-kweek". Jan
slaagde en behaalde vier jaren later met glans de
acte. Aangetrokken door de wiskunde en haar prak
tische toepassingen gingen zijn ambities niet direct
uit naar het onderwijs, maar vond hij de weg naar
de landmeetkunde. In de mobilisatietijd legde hij
met goed gevolg het examen voor adspirant-land-
meter af en werd als zodanig per 1 februari 1916
benoemd. Hij werkte mede aan de bekende her
meting in de gemeente De Bilt en werd verder opge
leid aan het Kadasterkantoor te Leeuwarden.
Op 1 november 1920 volgde zijn benoeming tot
landmeter van het kadaster. Hij had gedurende
korte perioden de standplaatsen 's-Gravenhage en
Sneek en werkte daarna vele jaren als distt ictsland-
meter in Zutphen. Zijn werk was degelijk en vele
veldwerken in de archieven getuigen van welover
wogen constructies. Door zijn bekwaamheden en
bereidwilligheid om iets extra's te doen werd hij al
spoedig voorgedragen voor bestuurslid van de Ver
eniging voor Kadaster en Landmeetkunde. Vele
jaren diende hij deze gemeenschap als secretaris.
In de oorlogsjaren moesten deze werkzaamheden
op bevel van de bezetter worden gestaakt, maar
nauwelijks was in 1945 de bevrijding gekomen, of
het oude bestuur met Otto Jonas als voorzitter,
Greve als secretaris en Jongedijk als penningmeester
kwam met nieuw elan in actie. Een der eerste daden
was de instelling van de commissie-Hof, die zich
moest bezinnen op de taak en de plaats van het
Kadaster in de Nederlandse samenleving. De com
missie leverde in de toenmalige omstandigheden
goed werk, maar zij kon natuurlijk nog geen notie
hebben van de enorme mogelijkheden, die zich
enkele tientallen jaren later zouden voordoen op
technisch en organisatorisch gebied. Toch staat de
taak van het Kadaster ook in 1978 nog volop in
discussie. Het degelijke werk van Greve getuigt er
echter van, dat voor hem het Kadaster stellig tot
doel had de zekerheid van de rechten op de grond
te bevorderen.
Toen op initiatief van professor Tienstra in het
begin van de oorlog een nieuwe dienst werd ge
creëerd, die moest dienen om de zo nodige ver
nieuwing van de kadastrale kaarten te bewerkstel
ligen en die tevens tot gevolg kon hebben, dat vele
jonge mensen niet naar het oosten werden afge
voerd, toen stelde Greve zich disponibel om een
van de nieuwe bureaus voor het z.g. Buitengewoon
Landmeetkundig Werk te leiden. Op 1 januari 1941
werd hij hoofd van het bureau voor B.L.W. te
Groningen en hij bleef dit tot zijn pensionering in
1958. Hij was via Landmeter Ie klas en Hoofdland
meter ondertussen met ingang van I juli 1955 be
vorderd tot Hoofdlandmeter A en bij K.B. van 23
april 1958 benoemd tot Officier in de orde van
Oranje Nassau.
Het echtpaar Greve mocht op 30 december 1974
nog het 50-jarig huwelijksjubileum feestelijk her
denken, omringd door de naaste familie en enkele
vrienden. Spoedig daarna begonnen echter de narig
heden van de ouderdom zich bij beiden ernstig te
openbaren. Toen zijn vrouw was heengegaan en hij
zelf steeds meer hulpbehoevend werd, berustte Jan
Greve er gemakkelijk in om het einde te aanvaar
den. De crematie had op zijn verzoek in stilte plaats.
F. Schuurman
176
ngt 78