Inhoudsopgave 1978
Literatuurinformatie
parametrische vorm gekozen. Hoewel van een verschillende
opzet sprake is, impliceren beide methoden dezelfde spline-
functie.
Om concrete informatie te krijgen over de nauwkeurigheid
van de splinebenadering zijn experimenten uitgevoerd op
2 rakende cirkelbogen. Nagegaan is per snijpunteninterval
de maximale afstand tussen overeenkomstige punten. Van
wege de discontinuïteit van de 2e afgeleide in het raakpunt
geven de experimenten een vertekend beeld over de nauw
keurigheid.
Voor het vergelijken van splinefuncties zijn verschillende
criteria beschouwd. Het lijkt dat de afstand tussen overeen
komstige punten een geschikte maat is.
J. A. A. M. van Veen
HET BESTEMMINGSPLAN ALS GRONDSLAG
VOOR DE INRICHTING EN HET BEHEER
VAN LANDELIJKE GEBIEDEN
Samenvatting
In deze scriptie zijn de resultaten neergelegd van een onder
zoek naar de mogelijke functie die het gemeentelijk bestem
mingsplan kan vervullen als grondslag voor de inrichting
en het beheer van landelijke gebieden. Binnen de bestaande
verhoudingen tussen de drie overheidsniveaus lijkt dit niet
goed mogelijk. Het bestemmingsplan komt tot stand via een
tè gedecentraliseerde procedure en is tè gedetailleerd en tè
gemeentelijk van aard om zonder meer als kader voor uit
voeringsplannen van Rijk en provincie te kunnen dienen. Op
hoger niveau is men deze mening ook toegedaan en onder
vindt men geregeld „last" van de bestemmingsplannen die
immers ook voor de hogere besturen bindend zijn. Een
centralistische reactie is het gevolg, echter niet binnen de
W.R.O., maar erbuiten. Via de sectorwetgeving wordt ge
tracht de verantwoordelijkheden van Rijk en provincie voor
de inrichting en het beheer van de landelijke gebieden alsnog
tot gelding te brengen. Het gevolg is een situatie van onduide
lijkheid en onzekerheid, waarin de gemeenten dreigen te wor
den afgescheept met een marginale rol.
In de scriptie wordt een uitbouw van de W.R.O. voorgesteld
die ertoe moet leiden dat de decentralisatie wordt terugge
bracht tot juiste proporties. Op basis hiervan is globaal een
procedure geschetst waarin het globale bestemmingsplan kan
dienen als (juridische) grondslag voor de landinrichting. Ook
is een procedure geschetst waarin de aanwijzing van beheers
gebieden en de opstelling van beheersplannen geschiedt in
nauw verband met de ruimtelijke ordening. Hierin blijkt dat
het bestemmingsplan bij uitstek geschikt is om te dienen als
grondslag voor het beheer van landelijke gebieden.
Artikelen
Wim Bots, Kees van der Graaf, Jaap van der Veen
Enige problemen rond de opzet van een verbeterde vast
goedregistratie in Suriname 1
M. J. te Nuyl
Afscheid van de kadastrale dienst 10
F. W. Zeeman en E. Vermaat
Methode en toepassing van laserafstandmetingen in de
satellietgeodesie 23
J. C. de Munck
Onderzoek in de satellietgeodesie 45
G. de Jong
Invloed van de bodem op de nauwkeurigheid van radio
plaatsbepaling 47
J. M. Becker en A. Urban
Gemotoriseerde nauwkeurigheidswaterpassing 52
Quee
Een criteriumtheorie voor boogcorrecties 61, 77
C. Esveld
Meten en corrigeren van de spoorgeometrie 84
Eveline C. C. Beneder-Blitz
Een grondbedrijf? Ja graag! 98
M. P. Moolenaar en W. H. de Vos
Het ATOR-systeem toegepast in de voorbereidingsfase
van ruilverkavelingen en landinrichtingsprojecten 102
R. C. Neleman
Het opsporen van foute waarnemingen in een 2-dimen-
sionale blokvereffening (met onafhankelijke modellen) 115
J. C. O. van Gij sen
Controleren van een torencentrum met een gyro-
theodoliet? 124
H. J. G. L. Aalders
Kaarten: voer voor computers 135
D. IV. van Biesen
Onderzoek naar de toedelingsmogelijkheden in de ruil
verkaveling „Ruinen" 159
M. W. F. J. Creusen
Hoe een vastgoedsysteem te automatiseren? 165
Verslagen
XVe FIG-Congres, Stockholm 1977
30, 39, 58
Allgemeine Vermessungsnachrichten
85(1978)5 Rimer: Entwicklungstendenzen in der Ingenieur-
geodasie. - Bender: Untersuchungen über divergierende
Wendelinien. - Kasper: Zur Normung der zentesimalen
Winkelteilung. - Arle: „Schnitt Gerade-Klotoide". - Boppl
Krauss: Ein Orientierungs- und Kalibrierungsverfahren für
nichttopographische Anwendungen der Photogrammetrie. -
Zavoti: Uber eine mögliche Modellierung der Auswertung
von Schwingungsbeobachtungen. - Lindner: Ein Beitrag zu
Genauigkeitsfragen von LaCoste-Romberg-Gravimetern.
182
85(1978)6 Draheim: 100 Jahre FIG. - Nittinger: Zur Ideolo
gie und Technologie des Landinformationssystems. -
Bozicnik: Liegenschaftskataster und Planung. - Muller
Zerrethin: Grossmassstabliche Basiskarte als Grundlage für
den Mehrzweckkataster in den Niederlanden. - Muller:
Neuer Alternativen für ingenieurtachymetrische Aufnahmen.-
Muller: Zur Fehlerrechnung bei der strengen Ausgleichung
von Polygonnetzen. Geodatische Datenerfassung. Mitwir-
kung der Bürger bei der Bauleitplanung.
85(1978)7 Witte: Zur Prüfung von Invarbandnivellierlatten.
- Schlemmer: Untersuchungen zu Teilungsfehlern von Invar-
band-Nivellierlatten. - Zippelt: Der Einfluss unregelmassiger
Teilungsfehler von Nivellierlatten beim Prazisionsnivellement.
- Koch: Schatzung von Varianzkomponenten. - Vincenty:
Vergleich zweier Verfahren zur Berechnung der geodatischen
Breite und Höhe aus rechtwinkligen Koordinaten. - Alefantis:
ngt 78