Onderzoek naar de toedelingsmogelijkheden
in de ruilverkaveling „Ruinen"
8e jaargang no. 10, december 1978
1 Inleiding
De ruilverkaveling „Ruinen" (4170 ha), waarvan de
voorbereiding in 1975 is gestart, is gelegen in zuid-
west-Drenthe, waar, volgens de visie van de centrale
overheid, een nationaal landschapspark tot stand
moet komen. In verband hiermede hebben Provin
ciale Staten van Drenthe in december 1976 besloten
voor 10,5% van de oppervlakte van het gebied van
zuid-west-Drenthe de Relatienota* van toepassing
te verklaren. Daarnaast hebben Provinciale Staten
bepaald, dat voor 9,5% van de oppervlakte van het
gebied van zuid-west-Drenthe natuur en landschap
„bijzondere zorg" vereist. Het gevolg van dit be
sluit voor de ruilverkaveling „Ruinen" is dat:
- 22% van de oppervlakte van de ruilverkaveling
of 880 ha in het relatienotagebied valt en voor
- 18% van de oppervlakte, of 720 ha, natuur en
landschap bijzondere zorg vraagt, hetgeen in
houdt dat voor dit gedeelte van de ruilverkaveling
een verzwaard landschapsplan zal moeten worden
opgesteld.
Betreffende de cultuurtechnische produktieomstan-
digheden van de agrarische bedrijven bleek uit een
onderzoek dat er, met uitzondering van het zuid
westelijk gedeelte van het ruilverkavelingsblok,
geen grote behoefte was aan verbetering van de ont
sluiting en de waterbeheersing. Uit het onderzoek
kwam echter wel een duidelijke noodzaak naar
voren tot verbetering van perceelsvorm en -grootte
en van samenvoeging van de verspreid liggende
percelen.
De zware eisen van natuur en landschap leidden tot
een impasse in de voorbereiding, die doorbroken is
door het besluit van de voorbereidingscommissie te
onderzoeken of een administratieve ruilverkaveling,
d.w.z. een ruilverkaveling met een geringe omvang
van werken en een sterke nadruk op het ruilen van
percelen, voldoende rendement voor de agrarische
bedrijven zou opleveren en voldoende mogelijk
heden zou geven tegemoet te komen aan de eisen
van natuur en landschap.
In het verdere verhaal zal een beeld worden gegeven
van een onderzoek naar de toedelingsmogelijkheden
in de ruilverkaveling „Ruinen", waarbij de gedachte
van de administratieve verkaveling en de eisen van
natuur en landschap de uitgangspunten vormden.
2 Inventarisatie van gegevens
De uitgangssituaties van de twee voornaamste be
langhebbenden in het te ontwerpen landinrichtings
plan, nl. de agrarische bedrijven en de bescheimeis
van het landschap, moesten worden geïnventari
seerd. Voor de inventarisatie van het agrarisch ge
bruik is uitgegaan van de kadastrale eigendoms
toestand, waaraan via een onderzoek in het veld de
gebruikssituatie van de bedrijven is toegevoegd. Het
resultaat van deze inventarisatie geeft, geordend
naar grootte en huis- en veldkavels het volgende
beeld (tabel 1).
Geconstateerd kan worden dat slechts 129 van de
347 bedrijven, dat is dus 37%, een goede ruimtelijke
78
D. W. VAN Biesen
Nota betreffende de relatie Landbouw en Natuur- en Land
schapsbehoud.
nqt 78
159