en overige punten varieert van 190 tot 820 km. Naast het permanent actieve basisstation werden twee mobiele ploegen ingezet. Op het basisstation werden de cassettes van de JMR 1-ontvangers uitge lezen en werden de waarnemingen ruw op kwaliteit (signaalsterkte, constantheid van informatie, lengte van de doorgangen, gelijktijdigheid met basisstation) en kwantiteit gecontroleerd. Voor een veilige voorlopige acceptatie van de me tingen waren minstens 10 goede overgangen, simul taan waargenomen op het basisstation, nodig. Een waarnemingsperiode van minimaal 36 uur levert in het algemeen op de breedte van Libye 25° NB) 15 tot 20 goede overgangen op. Om in het veld een juist inzicht te hebben van de satellietdoorgangen werden computer-extrapolaties gebruikt („satellite alerts"). De meegenomen on-line printers werkten door de barre condities waaraan ze werden blootgesteld (ruw vervoer, zand en hitte) onbevredigend. Door middel van meteorographs werden gegevens ver zameld over temperatuur, druk en vochtigheid op de grond t.b.v. correcties voor troposferische re fractie. Ondanks de inzet van slechts twee mobiele veld- ploegen, de moeilijke terreinomstandigheden, het doorgaans ontbreken van wegen en adequaat ver voer werd het project na 29 waarnemingsdagen succesvol afgesloten. B. Liberia (maart 1977) Ten behoeve van een studie over de mogelijkheid om de St. Paul River in Liberia aan te wenden voor het opwekken van elektriciteit kreeg KLM Aero- carto opdracht een fotogrammetrische kaartering uit te voeren met gebruik van een 31-tal te meten Dopplerpunten welke een relatieve nauwkeurigheid van 3 meter in de drie coördinaten dienden te hebben. Vele van deze punten bevonden zich in oerwoud- gebied waardoor het probleem ontstond dat de antennes van de JMR-ontvangers dusdanig hoog opgesteld moesten worden dat vanuit opengekapte plekken voldoende bruikbaar signaal ontvangen kon worden. Door een onderzoek eerder gedaan met verschil lende antennetypen was reeds gebleken dat de stan- daardantenne van de JMR-I zich niet leende voor een verhoogde opstelling doordat gereflecteerde sig nalen via grond en bladerdek werden ontvangen die de metingen onbruikbaar maakten. Uit dit onder zoek kwam een gemodificeerd antennetype voort dat op de grond en vooral bij gebruik op een mast of toren superieur was aan de JMR-antenne. De afmeting van het betrokken gebied was 200 km (langs de rivier) bij 70 km en de onderlinge afstand tussen de punten bedroeg ongeveer 17 km. Van te voren werd een computersimulatie van het project uitgevoerd, hieruit bleek dat met een veilige marge kon worden aangenomen dat de verlangde 3 meter-nauwkeurigheid gehaald kon worden uit 6 satellietovergangen van goede kwaliteit en geo metrie. Wel dienen uiteraard de waarnemingen simultaan gedaan te worden met waarnemingen op het basisstation. Dit betekende ruwweg een bezet ting per punt van 24 tot 36 uur, resulterend in 10 tot 15 waargenomen satellietovergangen. Als basisstation werd in eerste instantie een punt nabij de riviermonding gebruikt vanwege de aan wezigheid van een astronomisch bepaald punt (US Army Map Service). Later werd een tweede punt stroomopwaarts als basisstation ingericht vanwege zijn meer centrale ligging (operationeel voordeel). Op beide basisstations werd gedurende 4 dagen simultaan waargenomen. Ondanks de vertraging die optrad doordat een heli copter, die vanuit Nederland naar Liberia moest worden verzonden door een havenstaking in Rotter dam te laat aankwam zijn de waarnemingen in 44 dagen afgerond bij een inzet van twee mobiele ploegen. C. Suriname (januari/februari 1978) Voor een verdere verdichting van het puntennet van Suriname (het Noorden en het Zuid-Westen waren reeds voltooid, terwijl een eerste-ordenet over het hele land aanwezig is) is door de Surinaamse over heid (Dienst Hogere Geodesie en Centraal Bureau Luchtkaartering) gekozen voor de Doppler-satelliet- methode. De eis was een relatieve nauwkeurigheid van 1 meter te realiseren en een ruim overbepaalde aansluiting met het bestaande primaire net en de in Suriname aanwezige punten van het Amerikaanse Hirannet tot stand te brengen. 30 ngt 79

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Nederlands Geodetisch Tijdschrift (NGT) | 1979 | | pagina 12