In Memoriam Ir. F. Schuurman
Op 31 maart 1979 overleed in de ouderdom van
80 jaar de Oud Ingenieur-Verificateur van het
Kadaster Ir. F. Schuurman.
Frans Schuurman werd geboren op 16 oktober
1898 te Drachtster Compagnie, waar zijn vader
Hoofd was van de Openbare Lagere School.
In 1913 verliet hij de Lagere School van zijn
vader en bezocht één jaar de Normaalschool te
Drachten om opgeleid te worden tot onderwijzer.
Na een vergelijkend examen in 1914 was hij één
der uitverkorenen die toegelaten werd tot de Rijks
kweekschool voor onderwijzers te Groningen.
Hij behaalde het getuigschrift in 1918 en moest
toen zijn militaire dienst vervullen.
Tijdens deze periode had hij voldoende gelegen
heid voor studie en in 1919 slaagde hij als extra
neus voor het eindexamen Rijks Hogere Burger
school.
Van oktober 1919 tot augustus 1920 was hij werk
zaam op het kadasterkantoor in Leeuwarden. De
toenmalige Ingenieur-Verificateur L. J. Roborgh
gaf hem in juli 1920 een getuigschrift waarin deze
zich zeer positief uitliet over de kwaliteiten van
Frans Schuurman. Na onderzoek door een com
missie werd hij in de gelegenheid gesteld om de
driejarige cursus ter opleiding van landmeters aan
de Landbouw Hogeschool te Wageningen te vol
gen.
In januari 1924 slaagde hij in Wageningen waarna
hij m.i.v. 1 maart 1924 werd benoemd tot adspi-
rant-landmeter van het Kadaster. Hij werd tewerk
gesteld te Leeuwarden en per 1 november 1925
benoemd tot landmeter van het Kadaster.
Per 1 maart 1933 werd hij overgeplaatst naar
het kantoor in Deventer, waar hij in december 1950
Rethmeier opvolgde als hoofd van het bureau.
In deze periode heeft hij met veel enthousiasme
en deskundigheid een aantal aankomende landme
ters opgeleid voor het vakexamen van landmeter
van het Kadaster.
Door het schrijven van een werkstuk over het
Kadaster in Luxemburg verkreeg hij in 1952 het
diploma van geodetisch ingenieur. De bekroning
van zijn loopbaan kwam toen hij per 1 mei 1957
werd benoemd tot ingenieur-verificateur van het
Kadaster te Groningen, nadat hij deze functie al
enige jaren had waargenomen. Zijn kwaliteiten
werden in 1960 erkend door de benoeming tot
officier in de Orde van Oranje Nassau.
In 1961 2 jaar voor zijn pensionering ging
hij dezelfde functie bekleden in Amsterdam als
Hoofd van de divisie west van het Kadaster.
Niet direct voor zijn naasten merkbaar is hij steeds
bezig geweest zijn plaats te bepalen in een voor
hem passende levensovertuiging.
Hij hing de zeer vrijzinnige kant van de „Zwingli"
groep aan.
In 1952 trad hij in Deventer toe tot de orde der
Vrijmetselaren onder het Groot Oosten der Neder
landen.
Daarna is hij lid geweest van loges in Groningen,
Amsterdam, Bilthoven en Drachten. In Amster
dam was hij geruime tijd Voorzittend Meester van
de loge „Eendracht" en werd later Meester van
Eer van deze loge.
Hij heeft diverse bouwstukken opgeleverd van
grote geestelijke waarde en veel boekbesprekingen
gehouden.
Ook op politiek gebied is hij actief geweest. Bijna
10 jaar was hij lid van de raad van de gemeente
Deventer voor de Partij van de Arbeid.
Zijn liefde ging bij dit gemeenteraadswerk uit
naar de onderwijssector. Hier kon hij zijn des
kundigheid tonen en had soms tegen de fractie in
duidelijk zijn eigen mening.
122
ngt 79