114 Zijn alle waarnemingen van gelijk gewichtdan ligt die plaats zoodanig, dat de som der vierkanten van de afstanden tot de lijnen een minimum is. Voor drie lijnen geeft Yvon Villarceau eene eenvoudige graphische constructie. Voor het geval van meer hoogtelijnen verzocht hij aan H. Bertot, een oud zeeofficier, toen civiel-ingenieur, eene algemeene oplossing te zoeken (p. 536). Deze deelde 14 dagen later (p. 682) zijne constructie mede. Natuurlijk is Bertot's constructie eveneens toepasse lijk in de landmeetkundede gemeten richtingen komen in de plaats der hoogtelijnen, Alleen moeten aan de gemeten richtingen steeds gewichten worden toegekend, wegens den ongelijken afstand der gegeven punten waaruit het te bepalen punt wordt vastgelegd. Dr. Helmert Prof. te Akennam het stukje van Bertot over in het Zeitschrift für Vermessungswesen VI, 53 (1877). De fransche tekst is overigens duide lijker. Helmert voegde aan zijn referaat een voorbeeld toe, en roemt de oplossing van Bertot als elegant, maar blijft toch voor alle gevallen de berekening ver kiezen boven de constructie, omdat de eerste bovendien de waarschijnlijke fout leert kennen en by de laatste de constructie der visierstralen te veel tijd kost. (p. 58.) F. 6. Gaüss, General-Inspector des Katasters in Berlin, hief deze bezwaren van Helmert grootendeels op door de constructe in een gedrukt formulier zeer te vergemakkelijken en de middelbare fout in de loodrechte afstanden tot de visierstralen te berekenen. (Die trigo nometrische Punktenbestimmung durch Ein- schneiden p. 11 en Anweisung IX p. 227).

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1885 | | pagina 118