168
heefthet vrije staatsdomeingrootendeels woeste grond
anderdeels ingenomen door gouvernements-aanplanting van
koffie, djati en kina, door post- en spoorwegen, haven- en
vestingwerken landsgebouwenenz.
Waar gesproken wordt over rechten op den grond
doelt dit bepaaldelijk op den dessa-grondof den grond, tot
de dorpen behoorend en door hunne bevolking ingenomen.
De Staat eigent zich wel al den grond toe, maar zijn
eigendom is voor een groot deel beperkthier door
aloude rechten van de bevolkingdaar door rechten nog
dagelijks op dien grond verleend.
De grond, die tot de dorpen behoort, of juister wellicht
waartoe ook behooren de dorpen moet wel onderscheiden
worden van het dessa-gebied, d. i. het rechtsgebied van
elke gemeente op zich zelf. //Sedert lang gevestigde re-
//geeringsbeginselen, hebben dat dessa-gebied onder-
//scheiden in staatsdomeinen en in grondentot de dorpen
//behoorende". (Nota van toelichting op de ontginnings-ordon-
nantie).
Over den dessa-grond heeft de landheer het Gouver
nement niet de vrije beschikking, zoolang de rechtmatige
bezitter van zijn recht daarop niet heeft afstand gedaan.
Yan dien grond tochdie eenmaal in het bezit is van den
inlanderhetzij door erfenis (tanah poesaka)hetzij door
ontginning (tanah jasa) blijft den landheer wel het eigen
dom en het recht tot invordering van de grondlastenmaar
de vrije beschikking er over heeft hij evenmin, als de eigenaar
van een woonhuis, door hem in huur afgestaan, zoolang
het huurcontract loopt.
Alzoo nu het gebruiksrecht van den inlander over zijn
grond erfelijk is, kan men gerust zeggendat zijn contract
met den landheer ten eeuwigen dage loopt.
Daarwaar de aanwezigheid van geschikten bouwgrond