209 tusschen de loodrechte afstanden tot O B en C A gelijk ma is aan Die verhouding is voor de lijn AB en voor B JP JÜL mc Men kan de verhoudingsgetallen m -2- in kol. 6 en 7 der afd. IV van form. 12 berekenen. Trekt men daarna aan iedere zijde van den driehoek ABC eene lijn evenwijdig aan den kant, waar het derde hoekpunt ligt op afstanden m„ mb en mc (in eene willekeurige schaal) dan is uit het voorgaande gemakkelijk af te leidendat de lijnendie de tegenover elkander gelegen hoekpunten der beide driehoeken verbinden, elkander in het gezochte punt P snijden. In eene vólgende aflevering eullen wy deee verhande ling met eene bespreking der reken/ormulieren 10 en 1 besluiten. m b nie V Tijdschrift Kadaster 188S U

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1885 | | pagina 217