53
Voor de verbetering van materiëele fouten in het
kadaster is het volgend voorschrift gegeven (Anweisung
Vm p. 395.)
«Staat een perceel bij het kadaster ten name van
iemand, die het niet in eigendom heeft, zoo kan de
verbetering eerst plaats hebben na inlichting van het
grondboekkantoor of casu quo na inschrijving aldaar.
»De eigendomsgrenzenwelke bij het kadaster onjuist
zijn opgenomenworden alleen dan zonder voorafgaande
inschrijving in het grondboek verbeterd naar de op het
terrein gevonden grenzen, indien volgens den aard der
zaak aan te nemen is, dat het verschil door eene ver
gissing bij de opmaking van het kadaster ontstaan is
en de eigenaars het er over eens zijn, dat het kadaster
volgens het tegenwoordig bezit verbeterd zal worden.
Is daarentegen aan te nemendat het verschil tusschen
de kaart en de werkelijkheid door eene grensverandering
ontstaan is, dan kan de verandering der kadasterkaart
eerst volgen na inschrijving der eigendomsverandering
in het grondboek."
Ziedaar uitstekende voorschriften op papier. Zij
wijzen op de wonde plek, doch zijn onmachtig, om
genezing aan te brengen.
De kadastrale kaarten van verreweg het grootste
gedeelte van den Pruisischen staat voldoen zelfs niet
aan de eenvoudigste eischenverschil tusschen de kaart
en het terrein is geen uitzondering, maar regel; de
kaart, die natuurlijk geene rechtskracht heeft, kan niet
het bewijs leveren, dat eene grens veranderd is. Is de
kaart fout, dan kan deze zonder formaliteit verbeterd
worden, doch is de grens op het terrein veranderd,