83 figuur door de gestreepte lijn aangegeven. Door daden van eigendom gedurende 5 jaren bijv. door den grond als opslagplaats te gebruiken loopt de grens van het recht van bezit (B. W. artt. 601604, 605 614) zooals de stippellijn aangeeft. De eigenaar laat nu zijn erf tot tuin aanleggen en afrasteren, zooals de volle lijn aanduidt. De rastering is dan de grens van het feitelijk bezit (B. W. art 606, 613, 614 v.v.) Na een jaar van ongestoord bezit verplaatst zich de stip pellijn (in abstracto) naar de volle lijn, de grenzen van het bezit-recht en van het feitelijk bezit vallen dan samen. De verplaatsingen en de'afloop der termijnen van verjaring voor de eigendomsgrens (gestreepte lijn) worden reeds meer ingewikkeld; de lijn a b bijv. ver plaatst zich in theorie 25 jaren na het plaatsen der rastering naar c dna een termijn van 30 jaren van «voortdurend en onafgebroken, ongestoord, openbaar en niet dubbelzinnig bezit" wordt de rastering eigen domsgrens (B. W. artt. 1992 en 2000). Wij stelden een eenvoudig, in de practijk veelvuldig voorkomend geval; de zaak wordt veel ingewikkelder, als verondersteld wordt, dat ook de volle lijn in den loop van den veijarings-termijn weder verandert. Voegt men daarbij nu nog, dat zich rechten kunnen doen gelden op deelen van het perceel op grond van oudere titels, dan schijnt ontwarring zelfs in theorie onmoge lijk, afgezien van het gebrek aan gegevens om de plaats der verschillende grenzen op het terrein aan te wijzen. Een homogene, onveranderlijke, juridische éénheid is een perceel in het negatieve stelsel dus geenszins;

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1885 | | pagina 87