85
De overgangsmaatregelente nemen bij de invoering
van het rechtsgeldig kadasterlaten wij thans onbe
sproken doch stellen ons een oogenblik voordat het
reeds sinds onheuglijken tijd bestond en bijgehouden
wasom de bezwaren te ontledendie er schijnbaar
door de onzekerheid van het negatieve stelsel tegen
rijzen. Het kadaster geeft dan met volkomen zekerheid
de opvolgende indeelingen aan van het grondoppervlak
in juridieke eenheden, eenheden met onbeweeglijke
grenzenwaarover ware of vermeende rechten van be
kende of onbekende eigenaars gelden of gegolden hebben.
Slapendedoch niet veijaarde rechten zijn dan niet
vernietigd door de rechtskracht der kaart. Integendeel,
de archieven van het kadaster behelzen ook de vroegere
indeeling op ieder bepaald tijdstipmet zekerheid kan
aangewezen wordenin welke bestaande perceelen een
vroeger perceel is verdwenen, zoodat ééne zaak althans
niet twijfelachtig isnl. tegen de houders van welke
perceelen eene vordering tot opeisching van eigendom
moet ingesteld worden en voor welk deel van den
grond, in hun bezit.
De rechtsgeldige kaart neemt slechts de beweeglijk
heid der grenzen van de eigendommen weg, zonder
overigens in strijd te komen met het vigeerend rechts
instituut op den grondeigendom. De grenzen volgens
een legaal kadaster zijn de openbare (verg. B. W. art.
1992) grenzen van het bezitzij sluiten geene andere
verjaring uit dan die de verkrijging door het rechts-
object betreft.
Daarmee wordt ook tegemoetgekomen aan het heer-
schende rechtsgevoel, dat tegen verkrijging door anexatie