INGEZONDEN. Mijnheer de Redacteur Met de meeste belangstelling las ik in het verslag der op 52 en 3 November jl. te Amsterdam gehouden Algemeene Vergade- i ing de door den Heer E n g el m a n n voorgestelde motie, luidende: »De vereeniging voor Kadaster en Landmeetkunde, van oordeel „zijnde, dat de tegenwoordige toestand van het kadaster van dien aard is, dat in verschillende gemeenten de gewone dienst „niet deugdelijk kan worden verricht," enz. (zie blz. 37 van dezen jaargang). Ter bevordering van de belangen van het kadaster en ten einde bij personen, niet bekend met den kadastralen dienst, allicht gevormde wanbegrippen weg te nemen, zou ik den voorsteller van deze motie gaarne willen verzoeken, in dit tijdschrift de namen te doen opnemen der gemeenten, welke hij daarbij op het oog had. Bij de landmeters, met den velddienst in die gemeenten belast, zouden inlichtingen kunnen verzocht worden omtrent de posten, welke aldaar niet deug delijk konden uitgevoerd worden,' onder uitnoodiging, met die bijzonderheden bovenbedoelde opgave van gemeenten aan te vullen of te verduidelijken. Zijn de gebreken aldus bepaaldelijk aangewezen en meer bekend geworden, dan is het te verwachten, dat die gemeenten het eerst in aanmerking zullen komen voor herziening of hermeting Door een en ander zou aan het doel, dat deze Vereeniging zich gesteld heeft, te meer worden beantwoord. U dank zeggende voor de verleende plaatsruimte, Hoogachtend J.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1886 | | pagina 143