149 en de beide laatste normaalvergelijkingen (11 en 17) samen en stelt men daarna [a a] 4- [a' a'] a, [a b] 4- [a' b'] b1 [a f] 4- f fi [b b] [b' b'] b2 en [b f] 4- [b' b'] f2 (zie aan den voet der kol. van afd. IV eerste gedeelte) dan verkrijgt men de normaalvergelijkingen voor de gecombineerde richtingen in dezen vorm ai <Jx 4- b, <?y 4- f, 0 bi <bc -j- bs dy 4- fj o Om dx en dy uit deze vergelijkingen te berekenen, kunnen, zooals bekend is, verschillende wegen ingeslagen worden; met het oog op de bepaling der middelbare fouten van de coördinaten is de volgende oplossing verkieselijk (zie het 2e gedeelte van afd. IV). Men ver- menigvult de eerste normaalvergelijking met en trekt ze daarna van de tweede af, waardoor dx geëlimineerd wordt (bï -ËL b.) Oy 4- k f, O Stelb2 b, 0j2 en f2f, f2 dan is<5y JrL en <?x Uit deze formules leidt men gemakkelijk af: fi f2 f( <ïx 4- f2 ax 82 als eene proef op de oplossing. In ons voorbeeld blijkt <5y 0,004 en dx 0,096 zoodat als definitieve coördinaten van het punt s gevon- ai 9| cl] ai a, 9-1 9j

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1886 | | pagina 157