180
bepalingen der genoemde Wet te moeten toepassen
in strijd met haar beginsel. De Wet toch beoogt ont
eigening van een bepaald stuk goedwie er rechten
op heeft kan deze slechts als derde belanghebbende
doen gelden l).
J. Rink.
s Hertogenbosch, Februari 1886.
Zie o. a. het Kon. besl. van 31 Juli 1864, Staats-courant
N°. 192, waar een viertal visscherij-rechten ter onteigening
zijn aangewezen.
s) Stelsel en toepassing der onteigeningwet," ontwikkeld
door Mr. W. Thorbecke 1880, blz. 48.