196
verkrijging op die wijze van gedeelten van perceelen
uit te sluiten Of zou die rechtsgrond soms gelegen
zijn in deze woorden, die op bl. 21 te vinden zijn:
«De geheime wijzen van eigendoms-verkrijging zijn toe-
«gelaten, omdat het moeilijk is, ze aan openbaarheid
«te onderwerpen; bij een positieve specialiteit vervalt
«dit bezwaar voor overgangen tengevolge van verplaatsing
«der grenzen. De verjaring hiertoe vereischt, verliest
»onzes inziens haar eerste voorwaarde: openbaar bezit
als eigenaar. Waar de wet geen andere grenzen
«erkent, dan die door de officiëele bescheiden openbaar
«zijn, mag betwijfeld worden of het bezit na verplaatsing
«der scheiding als een openbaar bezit als eigenaar moet
«aangemerkt worden en niet veeleer als een gedoogen
«door den naburigen eigenaar moet beschouwd worden."
Maar het ligt voor de hand, en het geheele betoog
van den schrijver heeft de bedoeling dit te doen uit
komen, dat de openbaarheid van den overgang toch
nog gemakkelijker is te verkrijgen ten aanzien van ge
heele dan van gedeelten van perceelen als het idéé
van den schrijver verwezenlijkt wordt, en tevens wordt
het positieve stelsel ingevoerd, dan is er in alle mogelijke
opzichten openbaarheid (althans rechtens, niet feitelijk,
zooals ik hierna nog aantoonen zal). Waarom dus het
eene wel ingevoerd, het andere niet Bovendien, als
het positief stelsel werd ingevoerd, dan zou de Wet
geen anderen eigendoms-overgang erkennen, dan dien
welke in het Grondboek is ingeschreven. Volgens de
De bladzijden die ik hier en in het vervolg vermeld, zijn
die van den overdruk, die als afzonderlijke brochure, ook mij
door den schrijver vereerd is.