219 verzetten; wercl de maatregel ooit voorgesteld dan zou men geneigd zijn te vragen „is de ambtenaar er voor het publiek, of het publiek voor den ambtenaar Zoo als reeds is opgemerkt berust de geheele hypo thecaire boekhouding op het kadastraal perceel. Zonder juiste afleiding van de latere perceelen uit vorige, moet de gansche instelling noodzakelijk onjuist werken, meestal tot schade van belanghebbenden, somtijds tot schade van den hypotheekbewaarder. Er kan echter twijfel bestaan of de bewaarder verantwoordelijk is voor fouten, spruitende uit de onjuiste afleiding der nommers, daar dit meest gewichtig onderdeel der geheele boekhouding n. b. de basis van het gansche werk niet tot zijn werkkring behoort. Oppervlakkig moet men besluiten dat dit niet het geval zal zijn uit de ondergeschiktheid van den bewaarder der hypotheken en van het kadaster aan den ingenieur-verificateur, volgt dat hij niet het recht heeft de door laatstgenoemde goedgekeurde metings resultaten af te keuren, zelfs wanneer de afleiding der nieuwe nommers uit de oude tegen des bewaarders opvatting mocht indruischen. Onbillijk zou het daarom zijn hem verantwoordelijk te stellen voor misslagen uit de genoemde oorzaak voortspruitende. Wie de ver antwoordelijkheid wel zal dragen is waarschijnlijk nog onbeslist. Den Ingenieur er voor aansprakelijk te stellen zou wel wat veel gevergd zijn voor de vrij sobere be zoldiging die deze hoofd-ambtenaren genietendaaren boven zou het gewicht der meest alledaagsche werk zaamheden van den Ingenieur daardoor zóó enorm worden, dat de verantwoordelijkheid van den bewaarder

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1886 | | pagina 227