243 en waar de hoekmeting met den sextant wordt verricht, bij de punten van driehoeksmeting, door langs klossen in de baak te klimmen; bij de eindpunten der meet lijnen, op een ladder of trap staande. De voordeelen aan deze methode van meten verbonden zijn groot. Men behoeft slechts zeer zelden griend te binden of riet te vertrappen, en voorkomt dus onaangenaamheden met eigenaars of pachters, terwijl met de ketting uitsluitend lijnen gemeten worden, bepaald noodzakelijk voor de opneming der perceelgrenzen. Voor de toepassing van het waterstaatsveldwerk, werden in een register overgenomen ongeveer 600 driehoeken, welke gediend hadden tot bepaling van eindpunten van meetlijnen. De contröledriehoeken liet men achterwege. Het overnemen der 600 driehoeken gaf nog al arbeid, echter niet zooveel als men zou vermoedende loga- rithmen der zijden leidde men af, door optelling of aftrekking van het verschil tusschen de logarithmen der driehoekszijden bij waterstaat en kadaster. De eindpunten van meetlijnen, door hoekmeting bepaald bracht men op drieërlei wijze op de minuutplans. De schaal 1 a 5000, voor de bladen aangenomen, liet toe dat de meesten er op werden geconstrueerd; veelal kon men de afstanden, die de ligging van het punt bepalen, tusschen de beenen van den passer nemen. Waar dit niet mogelijk was gebruikte men een trans porteur (Prijscourant Ott en Coradi 1881 No. 127.) De nauwkeurigheid van dit instrument kan niet genoeg worden geroemdop het liniaal iszonder

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1886 | | pagina 251