24 schriften van April 1883 (Bijblad op het Indisch Staats blad N°. 3881), bij de voltooiing van eene kadastrale afdeeling in de binnenlanden, moesten worden aangelegd en bijgehouden ten behoeve van de ambtenaren bij het binnenlandsch bestuur, om hun van nut te zijn bij den aan slag der landrente en voor de behandeling van andere be stuursaangelegenheden. Sedert is echter in dezen laatsten arbeid beperking gebracht, doordien ingevolge het Indisch besluit 6 December 1884 N°. 10 (Javasche courant van den 12den dier maand) voor dat doel niet meer zullen behoeven te worden ingediend de zoogenaamde dessa- kaarten (dessa's gewijze kopieën van de kadastrale de tailkaart), noch ook de daarbij bchoorende gedetail leerde grondregisters van het dessagebied, zoodat het kadaster voortaan alleen zal hebben te verstrekken eene verzamelkaart der kadastrale afdeeling, bestemd voor het betrokken assistent-residentiekantoor, en dessa's- gewijze verzamelstaten betreffende de uitgestrektheden der verschillende soorten van bebouwing binnen het dessagebied, bestemd voor den betrokken controleur. Op 31 December 1884 bestond het Europeesch per soneel van het kadaster uit3 ingenieurs (te Batavia, Bandong en Soerabajawaarvan die te Batavia tevens als chef van den diensttak fungeert4 bewaarders, waarvan 2 te Batavia1 te Samarang en 1 te Soera baja12 landmeters en 36 adjunct-landmeters, dus 3 landmeters meer en 1 adjunct-landmeter minder dan bij het einde van 1883. Bovendien bevonden zich 1 landmeter en 2 adjunct landmeters die in den loop van 1884 van verlof uit Euiopa terugkeerden, op non-activiteit. Aan het in-

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1886 | | pagina 32