29 Stucki, Thonus, ümmels, Upmeijer, Vonk, de Vries, Wagemaker en v. d. Wijk. Een kort verslag van het op die vergadering behandelde moge hier hare plaats vinden. De voorzitter, de heer J. J. de K o n i n g h, opende de vergadering met een toespraak, waarin hij de redenen mededeelde, die den heer Boer genoopt hadden, om als bestuurslid te bedanken. Verwijzende naar het verslag, dat door den secretaris zou worden uitgebracht, betuigde hij zijn vreugde over den materieel gunstigen toestand der vereeniging. Hij achtte zich echter ook verplicht de aandacht te vestigen op enkele punten, die hem eenige reden tot bezorgdheid voor de toekomst gaven. Het eerste punt betrof de opvatting der eerste alinea van art. 1 der Statuten. Door een der leden was het Bestuur n. 1. aangezocht, om namens de vereeniging op te treden als tolk der algemeene verontwaardiging, die bij de ambtenaren gewekt was door eene aanschrijving van regeeringswege betrekkelijk vergoeding van reis- en verblijfkosten Hij meende daaruit te moeten afleiden, dat sommige leden omtrent de vereeniging verwachtingen koesteren, die, wil zij op den goeden weg blijven, z. i. niet vervuld kunnen worden. Hij wees daarbij op de weinige levens vatbaarheid van de vereenigingen, die zich met de persoonlijke belangen van de leden inlaten. Hij herinnerde aan de warme discussiën, die op de constitueerende vergadering over het opnemen van de genoemde alinea gevoerd waren; aan de zeer geringe meerderheid, die de opname had beslist, en aan het

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1886 | | pagina 37