MOGEN SLOOTEN LOODRECHT OP DE GRENSLIJNEN WORDEN AFGEGRAVEN? Vonnis der Rechtbank te Utrecht, medegedeeld door C. W. SOUTENDIJK. Voor de civiele kamer van de rechtbank te Utrecht werd 11 Mei j. 1. gepleit in een geschil tusschen twee eigenaars van grond en huizen onder Utrecht in de Kolfstraat, een zijstraat van den Vleutenschen weg, die zich evenwijdig aan den Rijnspoorweg uit strekt. Beider eigendom, dat naast elkander gelegen is, grenst aan de sloot, waardoor genoemden spoorweg wordt afgescheiden. De eischer. R. Lheeft twee grieven tegen zijn buurman M. N..., voor welker herstel hij hulp zoekt bij de rechtbank. De grenslijn van beider eigendom wordt gevormd gedeeltelijk door een muur, gedeeltelijk door eene sloot. Die sloot nu heeft de gedaagde, juist op de grenslijn, loodrecht afgestoken, terwijl hij den muur zoodanig heeft gebouwd, dat de fundeeringen liggen op eischers grond en daarvan, over eene lengte van 11 meters, eene breedte van I7V2 cM in beslag nemen. De eischer acht zich door die handelingen gekrenkt in zijn eigendomsrecht. Uit zijn naam, pleitte mr. R. A. Vdat daardoor art. 625 B. W. geschonden was, welk artikel den eigenaar toestaat, over zijn eigendom op de volstrekste wijze te beschikken, mits hij aan de rechten van anderen geen hinder toebrenge. Eene sloot nu zonder talud is onbestaanbaar, en wat de tweede

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1887 | | pagina 144