193
Zij hadden en hebben dus eene volledige tot den dag bijgehouden
administratie der onroerende goederen, waaruit slechts een zeer
eenvoudig register behoefde samengesteld te worden, en verder
de getaxeerde verpondingswaarde ingevuld, om eene volledige
administratie van het middel te verkrijgen.
Dit register nu is overal aanwezig, zij het ook op de plaatsen,
waar het kadaster nog niet werkt, onvolledig samensteld.
Men maakt zich echter eene illusie, dat men met het bezit van
zulk een register de administratie der verponding in handen heeft.
Zonder kadastrale kaarten en blokkaarten hebben die registers
al heel weinig beteekenis. De registers geven de namen en eenige
hoedanigheden op, maar het terrein zelf is zonder kaarten niet
te vinden.
Kaarten en registers beiden moeten wijders door de voortdurende
mutaties in den bodem tengevolge van splitsing, samentrekking,
afstand van grond, enz. voortdurend wijziging ondergaan: de
kaarten om in overeenstemming te blijven met den bodem, en de
registers om in overeenstemming te blijven met de kaarten.
Dat zulks door deskundigen moet geschieden behoeft geen betoog
en dat op een residentie-bureau zoodanig deskundige wel niet
aanwezig zal zijn, evenmin.
Waarom dan, wordt bescheiden gevraagd, die administratie
niet gelaten waar ze was en waar ze behoort? Te meer dringt
deze vraag, omdat het bijhouden er van den ambtenaren van het
kadaster of den Gouvernements-landmeters nagenoeg geene moeite
kost, voor een ander doel kennis moetende nemen van alle ver
anderingen, die toch geboekt moeten worden.
De vrees dat het betoog tegen de scheiding van verpondingen
kadaster te uitvoerig zal worden, mag niet weerhouden om op
nog eenige andere schaduwzijden van die scheiding te wijzen.
Art. 12 van de Instructie voor de Landmeters in Staatsblad 1837
no 3 gelast dezen, dat zij de aangifte van den overgang der
landerijen niet mogen aannemen:zonder overlegging der quitantie,